- 13 - "gebied buiten het bestemmingsplan zou laten, dan zou het bezwaar-" "lijker zijn voor de bewoners, ondat dan toch altijd het risico "aanwezig zou blijven, dat de goneente het gebied op een goede dag" "toch nodig zou hebben. Nu hebben de mensen in ieder geval de ge-" "legenheid om de bedrijfsvoering aan te passen aan de in het be- "stenmingsplan en ontwikkelingsplan geschetste vooruitzichten. "Met een andere benaderingswijze zouden de bewoners beslist niet "zijn gebaat. "Het probleem van de grondprijs zou zich ook voordoen, indien de "gemeente gewerkt had met een structuurplan of met een tijde- "lijke bestemming (artikel 12 van de wet op de ruimtelijke orde- "ning). Materieel gezien geldt gezien de ruime overgangsbepaling "en het beleid ten aanzien daarvan tot heden gevoerd, voor dat "gebied een soort voorlopige bestemming. Een dergelijke situatie "verdraagt zich heel goed met de wet op de ruimtelijke ordening. "De landbouwers, die hun bedrijf willen saneren kunnen ofwel wachten" "tot de gemeente kont kopen ofwel thans voor sanering kiezen, "ïij dienen te handelen naar de situatie zoals die thans is. De "zogenaamde schijnwaarde is een waardevermeerdering buiten hun "toedoen, welke toevallig in verband met het bestemmingsplan is "ontstaan. Als zij om deze te toucheren willen wachten tot de ge- "meente komt aankopen dan kan dat maar het is bepaald onjuist de "gemeente te verwijten, dat het bestuur deze niet op tafel legt "wanneer zij dat willen. Er bestaat voor de gemeente geen verplich-" "ting om deze te honoreren, alleen dan wel wanneer de gemeente ten" "behoeve van de uitbreiding moet aankopen van de eigenaar op dat "moment. Het is al erg genoeg, dat de gemeente genoodzaakt is een "al te ruime gebruikswaarde te vergoeden. "De gemeente krijgt te zijner tijd in het noorden alleen grond "vrij, welke toebehoort aan in het zuiden gelegen boerderijen, "welke bij realisering van de eerste fase van het plan buiten "exploitatie komen. Ten aanzien van de verpachting van de te "zijner tijd in het noorden vrijkomende gronden zou, bij de "huidige gemeentelijke indeling en voor de duur daarvan, mogelijk "nader overleg net de gemeente Breda gevoerd kunnen worden om tot" "een bepaalde gedragsregel te konen of om de factoren te bepalen, "welke als criterium kunnen gelden voor de toewijzing van de vrij-" "gekomen gronden. Het verpachten van vrijgekomen gronden alleen "aan pachters in het zuiden is wel voor onkele gevallen gebeurd "omdat de gemeente deze gronden het eerst nodig had en verpachting" "aan eigenaren de gemeente voor extra uitgaven zou kunnen plaatsen, "hetgeen van de gemeente niet kan worden gevergd. Voor het overige" "is het alleen gebeurd voor zover niet bekend was, waar met de "bouw zou worden begonnen.

Raadsnotulen en jaarverslagen

Prinsenbeek - Notulen van de gemeenteraad | 1972 | | pagina 42