-5-
Wethouder Roeien deelt mede, dat Gedeputeerde Staten inderdaad meer
duidelijkheid willen ten aanzien van de grondaankopen; hij vindt het
bijzonder moeilijk dat door een eventueel aanhouden van het huidige
voorstel het voorbereidingsbesluit wordt vertraagd; de sport moet"
inderdaad voorrang hebben, maar de woningbouw kan via amendering over
4 5 jaren verdeeld worden; het grondonderzoek is bovendien wette
lijk voorgeschreven; hij stelt voor het krediet te aanvaarden onder
deze amendering.
De Heer van Geel pleit voor goedkope woningbouw zoals in Goirle,
Gouda enz., met een huurprijs van plm. f.150,per maand.
De Heer van de Mosselaar attendeert er op, dat er geen grond meer is
in Prinsenbeek; er moet een visie voor de komende 5 jaren worden ge
maakt; hij is voorstander van beschikbaarstelling van het krediet,
mits het vlekkenplan de volgende vergadering op tafel komt; tempori
sering is naar zijn mening een verinteresten van de grond.
Wethouder van der Westen ziet geen groot verschil van opvattingen; in
de commissie financien wil men de zaak niet tegenhouden, maar men con
stateert te weinig informatie.
Vervolgens wordt zonder hoofdelijke stemming conform het voor
stel besloten.
11Voorstel tot vaststelling en afrekening over 1972 van de vergoeding
vakonderwijs (artikel lOlbis) ten behoeve van de RK.Basisschool
"De Griffioen", Schoolstraat 45.
Zonder hoofdelijke stemming wordt conform het voorstel besloten.
12Voorstel tot wijziging van de verordening op de heffing van een bouw-
qrondbelastinq (nadere toelichting voorzieningen).
Zonder hoofdelijke stemming wordt conform het voorstel besloten.
13Voorstel tot wijziging van een vijftal rechtspositieregelingen ten
behoeve van het gemeente-personeel (Ambtenarenreglement, Arbeidsover-
eenkomstenverordeningWachtqeldverordeninqUitkerinqsverordeninq
Zonder hoofdelijke stemming wordt conform het voorstel besloten.
14Voorstel tot aankoop van grond van Mej. P.Verschuren e.a.
(bestemmingsplan "De Staart").
Zonder hoofdelijke stemming wordt conform het voorstel besloten.
15. Voorstel tot het ongegrond verklaren van een beroepschrift tegen wei
gering van een bouwvergunning (M.Peemen).
De Heer Dirven is van mening dat de schutting daar mag worden geplaatst
juridisch is er geen bezwaar alleen zou de voorwaarde kunnen worden ge
steld: "geen sloopplaats er van maken".
Mevrouw van Dongen is van oordeel dat de gemeentelijke verordening hier
voldoende kan worden gehanteerd.
De voorzitter stelt, dat de schutting een ontsiering is, en bovendien
in het agrarisch gebied gelegen; mits met aanvaardbare voorwaarden en
wijziging van de situering, zou er anders over kunnen worden gedacht.
Wethouder Roeien zegt hier huiverig tegenover te staan; het zou een
legaliseren betekenen van een onaanvaardbare situatie; eerst zal de
situatie gewijzigd dienen te worden.