m
-7-
De Heer van de Mosselaar vraagt of bij het wegvallen van verenigingen
uit andere gemeenten de plaatselijke verenigingen geholpen kunnen
worden
De voorzitter wijst op de moeilijkheid dat een Prinsenbeekse vereni
ging vraagt om de hele avond over de hal te kunnen beschikken. Hij is
echter wel van mening dat aan een vereniging prioriteit dient te wor
den verleend boven een individuele aanvrager.
Wethouder van der Westen vraagt zich af of het nadruk leggen op het
financiële aspect wel juist is. Bij ingebruikneming van de sporthal
was men verheugd de hal ook aan Bredase verenigingen te kunnen ver
huren. Hij wijst erop, dat Bredase verenigingen vaak ook vele Prin
senbeekse leden tellen. Voorts moeten volgens hem de binnensporten
naar verschillende maatstaven worden beoordeeld. Vervolgens benadrukt
hij dat het hier slechts een binding voor een seizoen betreft, daar
jaarlijks de behoefte van het gebruik der sporthal door de plaatse
lijke verenigingen moet worden bezien; terwijl het toch bezwaarlijk
is enkele weken voor de aanvang van het seizoen enkele verenigingen
te moeten uitsluiten.
De voorzitter onderschrijft dat Bredase verenigingen vele Prinsen
beekse leden hebben. Als gedachtegang van het College geeft hij aan
hoe getracht kan worden een optimale sportbeoefening te bereiken.
De Heer Hennekam wil zien vastgelegd dat hetgeen door de Heer Jansen
en de Heer Miltenburg is gesteld, volgend jaar aan de orde komt.
Als compensatie voor de moeilijkheden bij de bespeelbaarheid van een
der tennisvelden aan de Heikant aan het begin van het jaar, vraagt
hij voor de tennisvereniging om dit jaar het speelseizoen niet op
1 oktober maar op 1 november te beeindigen.
Wethouder Roeien heeft tegen deze verlenging geen bezwaar, als de be
heerder der velden het recht krijgt naar eigen oordeel geen spel toe
te laten als de omstandigheden er toe nopen, zoals bij opvriezing en
dergelij ke
De voorzitter voegt hieraan toe, dat de beheerder dit recht heeft op
grond van de uitoefening van zijn functie.
De Heer Jansen verzoekt om de tarieven per 1 oktober 1974 v66r 1 april
1974 aan de orde te stellen.
De voorzitter zegt hiermee geheel te kunnen instemmen.
Zonder hoofdelijke stemming wordt overeenkomstig het voorliggend
voorstel besloten met de aanvulling dat v6(5r 1 april 1974 de ta-
rievering per 1 oktober 1974 aan de orde zal worden gesteld.
12Voorstel tot het verlenen van medewerking ex artikel 5D van de Kleu-
teronderwijswet betreffende de eerste aanschaf van enig qymnastiek-
materiaal ten behoeve van de RK.Kleuterschool van de Heilige Engel
bewaarder, Schoolstraat 11.
De Heer Hennekam informeert naar aanleiding van dit agendapunt om welke
reden de derde klas van de Openbare Kleuterschool niet bij de aanvang
van het schoolleerjaar is begonnen.
Wethouder van der Westen zegt steeds te hebben gehoopt, dat 14 augus
tus laatstleden deze derde klas had kunnen aanvangen.
De reden van het geen doorgang kunnen vinden wijt hij aan de trage
afwikkeling van de verplaatsing van de politiepost; bij ontruiming