-7- en infra-structurele werken, doch tot meer dan deze vage omschrijving is Breda tot dusver niet overgegaan hoewel de randgemeenten hadden gevraagd nu maar eens met een specificatie en juiste omschrijving van die knelpunten op tafel te komen. In de januari-vergadering heeft de Burgemeester van Breda toegezegd voor medio maart aanstaande, als na melijk de volgende vergadering zal plaats vinden, een nadere nota te zullen bevorderen. We blijven afwachten maar achten ons tot dusver niet geinformeerd Niettemin beginnen de randgemeenten toch wel enig idee te krijgen van de problemen welke Breda tegemoet treden, namelijk: ten aanzien van de infra-structurele werken: het Haagsche Beemden-plan is door de aanwezigheid van spoor- en waterwegen, alsmede rijkswegen gedoemd een van het stadslichaam zeer geisoleerd leven te gaan leiden. Het was om die reden dat aan het plan een zodanige omvang moest worden gegeven dat de toe komstige bewoners binnen eigen stadsdeel redelijkerwijze het merendeel van hun behoeften zouden kunnen bevredigen. De interne structuur, de bodemgesteldheid, het aanwezige natuur schoon, de aantakking aan het groot-wegennet en de verbinding met Moerdijk, alsmede het tot standbrengen van aan redelijke eisen beantwoordende verbindingen met de city vergen echter voorzienin- ^_de gen welke^_financiele mogelijkheden zelfs van een stadsdeel te boven gaan; ten aanzien van de financiën: dit knelpunt vloeit automatisch uit het voorgaande voort. Het Haagsche Beemden-plan is gewoon niet betaalbaar tenzij uit rijks- en andere middelen bedragen, welke op zeer korte termijn tot 1DD miljoen uitlopen, zullen worden toegestopt om het geval enigermate kostendekkend te maken. Het verwondert ons niet want dit hebben wij zowel mondeling als schriftelijk vdör de vaststel ling van het plan tevergeefs aan Breda en het provinciaal bestuur getracht duidelijk te maken. Het knelpunt culmineert dan in de vraag of rijk en provincie be reid worden gevonden de noodzakelijke middelen ter beschikking te stellen. De huidige bezuinigingstendens in de regeringspolitiek wekt op zijn minst twijfels aan de bereidheid daartoe; ten aanzien van de ruimtelijke ordening: gezien het ongunstig bevolkingsverloop voor Breda tengevolge van een samenstel van factoren (onder andere de optredende gezinsver dunning, vertrekoverschottenstaat het nu reeds feitelijk vast, dat niet zoals gedacht het volbouwen van de Haagsche Beemden tot een stadsdeel van 40.000 - 50.000 zielen zich voltrekt in een pe riode van 10 - 15 jaar, doch dat deze ontwikkeling - zo deze althans wordt doorgezet - zich zal gaan afspelen in een tijdsver loop liggende tussen 25 en 40 jaren. Dit betekent dat de centrum-voorzieningen in dat stadsdeel pas in een zeer laat stadium tot realisering zullen komen en dat de bevolking aldaar derhalve een lange reeks jaren van duidelijk onbehagen tegemoet zal gaan. Dat een zodanig onbehagen ten over vloede nog remmend gaat werken op voornemens van particulieren om zich daar te vestigen, lijkt mij niet zo moeilijk te voorspel len

Raadsnotulen en jaarverslagen

Prinsenbeek - Notulen van de gemeenteraad | 1974 | | pagina 10