-y-
De Heer Janseri herinnert er aan dat er destijds geen behoefte was
aan een Stichting, maar omdat we 12 woningen "met Stichting"
konden krijgen of anders niets, is deze Stichting op het laatst
opgericht; om die reden is ook het woningwetbestand nooit aan
deze Stichting overgedragen; zij zouden immers met de stroppen
van het oude woningbezit worden belast, met alle gevolgen van dien,
zoals dit zich in Breda bij de Marechausseekazerne heeft gemani
festeerd; hij hoopt dat er alle reden van levensvatbaarheid is
voor de Stichting, doch hij meent dat het misschien toch een
papieren Stichting zal blijven.
De Heer van Geel zegt dit laatste niet te hopen; als de Stichting
bovendien te zijner tijd niet kan worden aangevuld met terzake
deskundigen, dan stelt hij zijn zetel nu reeds beschikbaar; o-
verigens is hij van mening dat er gebouwd zal moeten blijven worden.
De voorzitter antwoordt .(Mevrouw van Dongen) dat de Heren van de Loo
en Farla deel uitmaakten van het eerste Stichtingsbestuur, en de
rest om allerlei redenen heeft bedankt, zodat er van die zijde
geen bezwaren kunnen komen; (de Heer van Geel) dat de N.K.V. aan
particuliere woningbouw doet en daarvoor nog steeds bouwgrond zoekt;
enkele percelen kunnen hen nog warden verstrekt uit de resterende
delen welke Stok gaat bebouwen; bij verdergaande woningwetbouw
kan de Woningstichting de aangewezen Stichting worden voor woning
wetwoningen; verdere uitbouw van de gemeente zal niet gemakkelijk
uitvoerbaar, laat staan haalbaar zijn; (de Heer Hennekam) de 43
woningwetwoningen, toegezegd voor 1975, moeten in feite worden toe
gewezen aan deze Woningstichting; de realisering van "De Staart"
zal echter getemporiseerd moeten worden uitgevoerd.
De Heer Dirven herhaalt zijn vroeger gedane uitspraak? er moeten
kleine bestemmingsplannen komen, kap daarom het plan "De Staart"
in vier delen.
Wethouder Roeien waarschuwt dat van temporisering van een groot be-
stemmimgsplan weinig terecht komt; hij is er voorstander van het
bestemmingsplan in fasen aan de Raad voor te leggen; bij het aan
koopbeleid kan men dan ook rekening houden met de situatie zoals
die zich dan voordoet, zodat er geen renteverlies behoeft op
te treden.
De Heer Dirven stelt voor, in verband met de geschetste mogelijk
heden, tot verdere werking van de Stichting, het bestuur met mini
maal êên persoon uit te breiden in welk geval hij de Heer van Seventer
als raadsvertegenwoordiger voordraagt, gelet ook op de samenstelling
van de nieuwe gemeenteraad.
De voorzitter antwoordt dat de namen van de kandidaten geen ander
doel hebben dan om aan de voorwaarde van "verder gaan met de Stichting"
te kunnen voldoen; als er voorgesteld wordt het bestuur met een lid
uit te breiden en tevens de Heer Geerards in dit bestuur wordt op
genomen, dan is aan de eis van een oneven aantal voldaan en ook
aan het verzoek om uitbreiding.
De Heer Dirven stelt dat het een niet aan het ander moet worden
verbonden.
