a
-9-
aan de Raad worden medegedeeld; intussen moet het overleg
met Breda worden opengehouden en de D.A.C.W. steeds herinnerd
worden aan het plan.
Zonder hoofdelijke stemming wordt akkoord
gegaan met
- het voorlopig laten rusten van het voor
bereidingsplan van de spoorwegovergang
Spoorstraat
- het doen van verkeerstellingen in de
Meester Bierensweg en Spoorstraat (school
gaande jeugd
- kontakt houden met Breda over uitvoering
spoorwegverbreding, ook na de gebiedsover
dracht
13Voorstel tot het verlenen van een subsidie voor herstel van
het rieten,dak van de op de lijst van monumenten geplaatste
boederij Bredestraat 9.
Zonder hoofdelijke stemming wordt conform
het voorstel besloten.
14Voorstel tot het voteren van een krediet voor aanschaffing van
overgordijnen en verduisteringsgordijnen voor de openbare
basisschool
Gelet op het voorstel van de commissie onderwijs om de helft
van deze kosten ten laste van de exploitatiekosten der school
te brengen en de andere helft als kapitaalskrediet aan te
merken stelt de voorzitter als zijn persoonlijke mening dat
daarmede de bijzondere scholen ongevraagd f. 2,per leerling
zullen ontvangen; het zijn van de voormalige meisjesschool
overgenomen gordijnen, waarvoor geen reserve is achtergelaten;
de openbare school is met deze oude gordijnen moeten beginnen
zonder dat deze openbare school hiervoor heeft kunnen reser
veren; deze laatste school is immers gestart met 3 lokalen in
een ander gebouw, nu zijn er 10 lokalen met oude gordijnen;
de Griffioenschool heeft een bijdrage van f. 2,per leerling
niet nodig omdat dit een nieuw gebouw is met nieuwe gordijnen;
hij pleit voor het Burgemeester en Wethouders voorstel.
De Heer Jansen verdedigt het voorstel van de commissie door te
stellen dat de meisjesschool destijds die gordijnen in 1965 uit
de ^cploitatiekosten heeft betaald, en deze gordijnen na de helft
van de gebruiksduur om niet heeft achtergelaten voor de open
bare school; daarom is de opstelling fifty-fifty reeël;
bovendien bestaat het gevaar dat bij aanduiding als kapitaals
investering het bijzonder onderwijs gedupeerd wordt, en dat de
gemeente kan zeggen kijk eens hoe goedkoop het openbaar on-
dewijs is" overigens is het voor hen geen halszaak omdat voor
beide opvattingen iets valt te zeggen.
Wethouder Roeien merkt op dat de voormalige meisjesschool is
achtergelaten met een duidelijke achterstand in onderhoud, waar
van uiteindelijk weinig is teruggekomen.