-6-
13Voorstel inzake een subsidieverzoek van de Tilburqse Muziekschol
De Heer Roeien attendeert in dit verband op de afspraak, gedaan Lij
de bespreking over de muziekschool Breda, dat bij de begrotings
behandeling de gehele problematiek van het muziekonderwijs rag
nader zal worden bezien.
De Heer Tonne.yck sluit zich bij de Heer Roeien aan mede omdat e
culturele ontwikkeling in Prinsenbeek thans nog onevenwichtig re.
Wethouder van der Westen antwoordt dat van de oorspronkelijk Looi
Breda toegezegde nadere informaties over het vestigen van een
dependance in Prinsenbeek niet veel is terecht gekomen; de moce!
heden blijven echter onder de aandacht; mogelijk kan women
met de plaatselijke harmonie om hun muziekonderwijs uit te breid;
Zonder hoofdelijke stemming wordt conform
het voorstel besloten (verzoek afgewezen).
14. Nota inzake herstratinq van de parkeerplaats bij de sporthal.
De Heer Miltenburg spreekt zijn verwondering uit over het voorrang
geven aan deze parkeerplaats daar dit werk niet eens op de urgen-
tielijst voorkomt; volgens hem zou dit krediet extra gevoteerd
moeten worden omdat de aangewezen straten anders worden verwaar
loosd en straks duurder zullen uitvallen; hij noemt de acnterstanc
van het onderhoud een vreemde zaak; in de raadscommissie wordt
zelfs een ambtenaar genoemd; hij vraagt zich af of de ambtenaar
dergelijke zaken afhandelt; naar zijn opvatting is de Raad voor
het stuk gezet.
De voorzitter geeft een oriëntatie en zegt de ontvangen nota nie
te hebben willen ondertekenen omdat hij geen kwestie Raamsdonk w.
Het College is onschuldig uitgegleden; dit spijt het College; de
voor 1974 bedoelde wegen zouden in 1975 aan bod moeten komen; hij
zegt het nodig te hebben gevonden de Raad in te lichten.
Wethouder Hennekam zegt maar een enkele opmerking te willen plaat
sen omdat het niet goed overkomt de zaken van een vorig College ar
dan over Openbare Werken, te moeten toelichten; zijn doel was om
het krediet niet te overschrijden; van een werkelijke grote acnter
stand kan overigens niet worden gesproken; het College is verant
woordelijk en verwijst ook niet naar een ambtenaar; dat is alleen
gedaan in een niet-openbare commissievergadering; Burgemeester en
Wethouders verzoeken om verschuiving naar 1975.
De Heer Roeien zegt dat de Heer Miltenburg en wethouder Herinekom
verwijzen naar een regeltje in het commissieverslag; ofschoon dezt
regel voorkomt onmiddellijk na de woorden, door hemzelf (et H.eer
Roeien) gesproken, merkt spreker op dat er zijnerzijds geen aan
duidingen geweest zijn in de richting van een ambtenaar;
verantwoordelijke wethouder heeft hem (de Heer Poelen) gevvrr
in een werkbespreking de stand van zaken nader toe r: .Lichten,
een werkbespreking waarbij niet alle partijen aanwezig' waren;
heeft hier direct op gewezen, waarna dit is rechtgetrokken;
in de commissievergadering heeft hij zeker geen ambtenaar be-"iel;
waar een misverstand zou liggen; in geen enkel verslag van de