De totale uitgavenpost "openbare werken" in acht genomen, cus inclu
sief de dure lasten, opgelegd door derden, maakt procentueel cenomen,
een kleiner deel van de totale begroting uit dan in 1 974 heJ: geval
was
REAKTIE5 CP DE MEMORIE VAN ANTWOORD.
De Heer Jansen stelt het volgende:
1De voorzitter verspreekt zich als hij zegt dat geen gevaar be
hoeft te bestaan voor intergemeentelijke akties, omdat zoiets
toch in de Raad ter discussie komt; dit gaat op als er zich
iets nieuws voordoet, doch een eenmaal genomen regeling gaat een
autonome positie ontwikkelen, waarvan de lasten wel worden aan
gediend bij de begroting; hij vraagt of het niet mogelijk is in de
intergemeentelijke regelingen een tweeledigheid in te bouwen,
zoals bij de gemeentefondsuitkeringen, namelijk een autonome ver
hoging in de loonkostenstijging bij gelijkblijvend personeel en
anderzijds een verhoging uit hoofde van de bekende index ten aan
zien van andere kosten; wanneer tevens wordt ingebouwd dat over
schrijding van deze twee elementen niet wordt geaccepteerd dan na
een overtuigende toelichting, dan loopt U ook gelijk met de
gemeentefondsuitkeringen; dan zal de Heer Tonneyck ook minder
moeite hebben met een zoeken naar een vier-jaren-planwat
overigens publiekrechtelijk een moeilijke zaak zal zijn; bij in
bouw van een dergelijke clausule in gemeenschappelijke regelingen
met eigen begroting wordt een stuk risico afgeschermd;
2. het antwoord van wethouder van der Westen ten aanzien van de ruil-
verkaveling^feaatbelasting bevredigt hem niet; destijds is bij de
invoering dei^^ustale 60 - 40 opgenomen; is de wethouder bereid
bij een begrotingsoverschot de Raad in overweging te geven die
60 af te bouwen door bijvoorbeeld een jaarlijkse verlaging van
5 of 10 punten; weinige mensen betalen deze hoge lasten, wat een
dure, zogenaamde rechtvaardige verdeling is; de gemeente kan
hier het voorbeeld geven omdat ook deze mensen recht hebben op
deel van het overschot bij de .gemeente; verder is bekend geworden
dat via een gemeentelijk bezwaarschrift een aantal doodlopende
wegen in eigendom en onderhoud zijn toegewezen aan het waterschap;
de gemeente heeft daardoor minder onderhoud en minder kosten, doch
de kosten hiervan komen toch weer bij de ingelanden via de aan
slag van het waterschap; in dat verband past de vraag "is het
juist dat dit is geschied", bovendien is het een nevenargument
om ten aanzien van deze belasting later hierover van gedachten
te wisselen;
3. ten aanzien van de Regio is spreker bang dat wij de urgentie-
punten van anderen opgedrongen krijgen; bepaalde schaalvergrotende
zaken moeten worden gerealiseerd; hij stelt het op prijs als deze
Raad zich zou bezinnen op bepaalde schaalvergrotende zaken en
deze vanuit deze Raad in de Regio zouden kunnen worden ingebracht
naargelang onze zienswijze op de urgentie; de indruk bestaat
dat thans deze zaken vanuit één gemeente, en vanuit die ziens
wijze en dat belang worden ingebracht; het verdient aanbeveling
onze belangen, waarschijnlijk identiek aan die van andere kleine
gemeenten, daar aan de orde te stellen;
