-35-
Wethouder van der Westen zou het spijtig vinden als de Raad hier
toe zou besluiten omdat post 380 is bedoeld voor de opleidingen
bij de Harmonie; blijft dit bedrag gereserveerd dan komen zij
tussen de wal en het schip, en worden de jeugdleden tekort ge
daan
De Heer Roeien zegt er akkoord mee te kunnen gaan als toegezegd
wordt dat de problematiek van de Harmonie en de situatie in Tete-
ringen in discussie zal komen; zo niet, dan moet zijn fractie de
bemerking maken - overigens in het geheel niet gericht tegen de
Harmonie - dat deze post zonder bestemming moet worden gereserveerd,
omdat de toegezegde discussie er niet zal komen.
De Heer Jansen zegt dat de Heer Roeien hier tegen zijn eigen betoog
in gaat; het benutten van deze post is juist het uitgangspunt voor
de gedachte welke in Teteringen speelt, namelijk ofwel de vere
niging steunen ofwel de individuele jongeren; in verband met het
vervolg moet deze post ongewijzigd blijven.
De Heer Tonneyck kan zich hiermede akkoord verklaren omdat anders
aan een stukmuziekonderwijs tekort wordt gedaan; hij zou dat mu
ziekonderwijs in wat ruimer verband willen zien en daarom staat hij
achter de Heer Roeien en de Heer Jansen om op korte termijn toch
een en ander te bespreken, daarbij Teteringen als suggestie be
trekkende
- Hoofdstuk IX s geen bemerkingen.
- Hoofdstuk X;
Post 438:
De voorzitter wijst op de verbetering van de busdiensten dank zij
het subsidiebedrag.
De Heer Tonneyck pleit, ondanks deze verbeteringen, voor een betere
aansluiting bij culturele belevenissen in Breda en in Etten-Leur;
het is een gemis dat men dan geen verbinding meer heeft met Prin
senbeek.
De voorzitter merkt op dat reeds eerder op de hyper-onrendabele
avondrit is gewezen; hij wil hieraan toch aandacht schenken; niet
vergeten mag worden dat bij 10.000,hoger subsidie en 500
klanten per jaar voor de avondritten, de gemeente 200,per klant
(moet zijn 20,per klant, not.) bijbetaalt.
De Heer Tonneyck ziet het als een dienstverlenende taak.
Post 440:
De Heer Roeien vraaqt maatreqelen van openbare werken voor de abri
aan de Haverdijk; indien de vernielingen blijven aanhouden geeft hij
in overweging deze abri te vervangen door het type, zoals aan de
Vianendreef is geplaatst.
- Hoofdstuk XI
geen bemerkingen;
- Hoofdstuk XII
geen bemerkingen;
- Hoofdstuk XIII
geen bemerkingen;
- Hoofdstuk XIV
geen bemerkingen;
- Kaoitaaldienst
geen bemerkingen.