-12-
Wat tenslotte betreft de opmerking, dat men tijdig
de Raad omtrent de plannen dient te informeren, ant
woordt de voorzitter, dat er toch een krediet beschik
baar gesteld moet worden, en dat dit alleen maar
mogelijk is bij besluit van de Raad.
De Heer Jansen vraagt bijzondere aandacht voor het feit
om wijziging te brengen in het stichtingsjaar, omdat
dit een lasten-verlichting kan betekenen. Hij vraagt
hierover na verloop van tijd geinformeerd te
worden
Vervolgens is het spreker wederom opgevallen, mede
gelet op het aantal voorstellen op deze raadsagenda,
dat met de regelmaat van een klok medewerking wordt
gevraagd voor de aanschaf van leer- en hulpmiddelen;
hij vraagt zich af, of het toch niet mogelijk is, dat
de schoolbesturen aan het begin van het schooljaar
een opgave verstrekken van de leer- en hulpmiddelen,
die zij menen nodig te hebben voor het komende school
jaar. Ook bij de behandeling van de begroting is deze
kwestie al eens aan de orde gesteld. De bedoeling
van deze opmerking is te voorkomen, dat in het lopen
de dienstjaar mogelijk een extra zware druk op de
gemeente-begroting wordt gelegd.
Tenslotte vraagt de Heer Jansen om, met verwijzing
naar agendapunt 20, toch eens na te gaan of in het
verleden mogelijk overdrachten hebben plaats gevonden
en dat abusievelijk wel B.T.W. is betaald.
In bevestigend geval zou spreker willen adviseren de
betaalde B.T.W. terug te vragen.
Ten aanzien van de eerste opmerking van de Heer Jansen
antwoordt de voorzitter, dat bedoeld wordt het gym
nastieklokaal en dat hieraan de nodige aandacht zal
worden besteed.
Het vooruit begroten van de aanschaf van leer- en
hulpmiddelen blijkt in de praktijk op grote moeilijk
heden te stuiten; worden tussentijds lokalen bijge
bouwd, dan moeten daarna ook de inrichtingskosten
worden aangevraagd. Dit kan uiteraard bij de aanvang
van een dienstjaar niet worden voorzien.
Ook niet kan worden voorzien de aan- of af-melding
van het aantal leerlingen. De voorzitter is het volle
dig eens met de Heer Jansenj indien het betreft uit
gaven, die tevoren vaststaan; een dergelijk verzoek
is al eens aan de schoolbesturen gedaan, maar blijkt
in de praktijk moeilijk realiseerbaar.
Op de laatste vraag van de Heer Jansen antwoordt de
voorzitter, dat de gronden, die in het verleden aan"
de schoolbesturen werden overgedragen vrij van B.T.W.
waren, omdat deze gronden op 1 januari 1968 (inwerking
treding van de nieuwe wet op de Omzetbelasting aan
gemeld zijn als bouwrijpe grond in voorraad.
De Heer Roeien benadrukt nog eens zijn verzoek om
de nodige spoed te willen betrachten bij het ontwikke
len van de plannen voor de bouw van de twee leslokalen
om niet teveel stagnatie te ondervinden bij de aan
vang van het nieuwe schooljaar.