-21-
De Heer Jansen vraagt zich af of zijn suggestie niet als
een conditie kan worden gesteld.
De Heer Hennekam antwoordt, dat hij uiteraard geen toe
zeggingen kan doen, doch hij zal dit besluit overbrengen
naar de gewestraad.
De Heer Tonneyck verbaast zich steeds een waarschuwing
te moeten horen, gekoppeld aan deze regeling. Men moet
niet op twee gedachten hinken, men moet eerst een rege
ling inbouwen en dan pas "ja" tegen het voorstel zeggen.
De Heer Jansen zegt toch wel verheugd te zijn, dat het
deze regeling is, waarover men zich moet uitspreken,
omdat deze regeling in feite zeer geringe kosten mee
brengt. Bij een regeling met veel hogere kosten, ligt het
stijgingspercentage uiteraard ook veel hoger.
De Heer Tonneyck vindt dit een pragmatisch standpunt;men
zou dit voor elke regeling moeten inbouwen, of het kosten-
pakket nu hoog of laag ligt. Hij zou zijn waarschuwing
willen ombuigen in dien zin, dat de gemeenteraad instemt
met het voorstel onder voorwaarde, dat men de garantie
geeft, dat de trendmatige stijging ingebouwd wordt.
De Heer Hennekam is van mening, dat een amendement niet op
zijn plaats is, doch de suggestie van de Heer Jansen, dat
de gehele begroting niet hoger mag zijn dan een trend
matige verhoging, lijkt hem wel juist, beter als enkele
onderdelen van de begroting, omdat men daarvan niet de
consequenties kan overzien.
De verhoging van de begroting 1975 van het stadsgewest
Breda bedroeg 11,7% van die van 1974 en blijft daarmede
15% ten achter bij de gemeentelijke begrotingen en de
begroting 1976 zal een verhoging van enkele centen te zien
geven.
De Heer Hennekam bestrijdt de opvatting van de Heer
Roeien, dat deze lage uitkomsten een gevolg zouden zijn van
de eerder besproken egalisatiereserve.
De Heer Tonneyck resumeert, dat het niet mogelijke blijkt
de amenderen? verder meent hij uit de woorden van de Heer
Jansen begrepen te hebben, dat een garantie-inbouw ge
vorderd zou worden per regeling.
De Heer Jansen licht zijn suggestie nader toe en wijst er
op, dat zowel nieuwe taken als verzwaring van bestaande
taken opnieuw in de Raad behoren te worden behandeld, want
dan dient opnieuw bezien te worden of deze verzwaring
al of niet in de begroting van de gemeente past; blijven
de verhogingen echter binnen de normale trendmatige stij
gingen dan behoeft de Raad er geen oordeel over te geven,
want zodanige verhogingen worden als normaal geaccepteerd.
De brandweerregeling, zoals deze wordt voorgelegd, heeft
een klein aanvangskapitaalBij deze regeling wordt de
waarschuwing ingebouwd voor regelingen, die op stapel
staan en een veel hoger uitgavenpakket hebben. Wanneer
derhalve een nieuwe regeling voorgesteld wordt zonder dat
deze garantie is ingebouwd, dan is er voor lijst één
geen debat meer, hoe goed de regeling ook is.