De Heer Jansen zegt dat overeengekomen is alsdan de
ontstane vakatures alleen aan te vullen.
De Heer Roeien verduidelijkt dat hij heeft voorgesteld
de gehele commissie-samenstelling na de gebiedsoverdracht
opnieuw te bezien; als de Raad daarover anders denkt,
heeft hij er zich bij neer te leggen.
De voorzitter concludeert dat we, gelukkig, voorlopig zo
ver nog niet zijn; uit de eensluidende kandidaatstelling
leidt hij af dat de zittende commissieleden thans af
treden; hij stelt schriftelijke stemming aan de orde met
betrekking tot elk der drie nieuwe raadscommissies.
De Heer Roeien vindt stemming niet zinvol nu het gaat om
een voorstel, tesamen met de vier fractievoorzitters op
gesteld
De voorzitter verwijst naar de opvatting van de Raad bij
een vorige stemming over personen en tevens naar het regle
ment van orde, waarvan niet mag worden afgeweken zolang
de Raad dit reglement niet heeft gewijzigd.
De voorzitter stelt schriftelijke stemming aan de
orde over de benoeming van:
ade leden van de (nieuw gevormde) commissie voor
financiën, onderwijs en personeelszaken (commis
sie van advies aan de Raad),
waarvoor als enige kandidaten zijn gesteld:
1. Mr. J.R.A. Jansen;
2. J.T.M. van der Bom;
3. E.E.M. Tonneyck;
4. Mevr. H.M. Taks - Dekkers.
en verzoekt de Heren Hermans en de Greeuw als
stemopnemers te fungeren.
Deze stemopnemers delen mede dat 11 stembriefjes
zijn ingeleverd, allen met de namen der vier
voorgestelde kandidaten, zodat deze 4 raadsleden
zijn benoemd tot lid van de commissie financiën,
onderwijs en personeelszaken;
bde leden van de (nieuw gevormde) commissie ruim
telijke ordening en openbare werken (commissie
van advies aan de Raad),
waarvoor als enige kandidaten zijn gesteld:
1. C.J. Roeien;
2. P.W. Houtepen;
3. A.J. van Seventer;
4. A.J.A.M. Koenraads (deze tot aan het tijdstip
van de overdracht van het gebied der Haagsche
Beemden Oost naar Breda),
en verzoekt de Heren Tonneyck en Miltenburg als
stemopnemers te fungeren.
Deze stemopnemers delen mede dat 11 stembriefjes
zijn ingeleverd, allen met de namen der vier
voorgestelde kandidaten, zodat deze 4 raadsleden
zijn benoemd tot lid van de commissie ruimte
lijke ordening en openbare werken, conform het
voorstel echter met de restrictie dat bij over
gang van de Haagsche Beemden naar Breda deze
commissie voortaan zal bestaan uit de eerste drie
leden