-8-
dat deze opzet tevens ook aanleiding kan zijn tot het
vormen van een 4e bestuurslaag van de 4 mini-orovincies
spreekt de hoop uit dat bij de verdere discussies cen
traal zal staan het handhaven van 3 bestuurslagen, het
niet verder uithollen van de gemeentelijke taken, het
op basis van een goed takenpakket tot stand brengen van
een nieuwe bestuurlijke struktuur; nodigt het College
van Burgemeester en Wethouders uit deze motie ten
spoedigste toe te zenden aan het provinciaal bestuur,
alsmede aan het Stadsgewest Breda; en gaat over tot
de orde van de dag.
De Heer Tonneyck, van mening dat men bij een papier
winkel altijd geneigd is selektief op te treden en dat
de laatst ontvangen stukken het verst in het geheugen
zitten, ziet de kern van de zaak zeer goed weergegeven
in punt 13 van het aanvullingsblad van de provincie,
de Raadsleden heden spoedshalve toegezonden, waarin
staat dat tradities, gewoonten en gedragspatronen
veranderingen moeilijk maken, en in feite bases zijn
om tot elkaar te komen dit in tegenstelling tot het
grondoppervlak, wat door de Heer Jansen wordt bepleit,
en tot het inwonertal; er is sprake van de herstruktu
rering van het bestuur in drie bestuurslagen, waarhij
zich volhdig achter kan steller. er is sprake van een
herverdeling van taken, en als derde punt is te noemen
het economisch motief om tot herstrukturering te komen;
bij het bezien van de funktie der bestuurslagen, tot
uiting gebracht in de stellingen der Vereniging van
Nederlandsche Gemeenten, bekruipt hem een zeer sterke
onrust ten aanzien van de verwoording; daar wordt ge
steld dat de gemeente in de nieuwe struktuur de funktie
krijgt van het vertalen van terwijl vervolgens
niets anders overblijft dat te trachten aan de goe
gemeente te verkopen wat van bovenaf is opgelegd; be
lachelijk is het wat kleine taken aan de gemeenten te
laten, nog belachelijker is het de funktie van de mini-
provincies aan te geven als een bemiddelende funktie,
wat tot nog verdere vertraging leidt; de provincie heeft
- ook nu - een uitvoerende taak, een controlerende taak
en een bemiddelende taak; vervolgens is hij van mening
dat er van decentralisatie van overheidstaken niets
terecht komt, omdat de huidige struktuur er zich niet
toe leent; men krijgt moeilijkheden als men deze utopie
tracht te verwezenlijken; ten aanzien van het economisch
motief is er een aantal taken door de kleinere gemeen
te niet optimaal te realiseren van waaruit dan Gemeen
schappelijke regelingen ontstaan; het zou nuttig zijn
als men zou kunnen komen tot een zodanige struktuur
van het gemeenschappelijk takenoakket dat inderdaad de
schaalvergroting optimaal tot stand komt, en niet dat
er dan nog zogenaamde regionale en ook nog losse Gemeen
schappelijke regelingen tot stand komen; een Warenkeu-
ringsdienst Dordrecht staat onder andere geheel los
van de Regio, waardoor een loshangende 4e takenlaag
blijft, wat de onduidelijkheid bevordert;