-7-
betrekking tot de honden in juni jongstleden komt er
thans weer een nadere aanvulling; hij noemt de motivering
tot dit voorstel zwak omdat vooral de opsporing van
politie-zijde moeilijk uit de verf is gekomen tot nog
toe; vervolgens merkt hij op dat het voorstel reeds aan
kondigt dat de hondenbelasting zal worden verhoogd, als
ook enige andere plaatselijke belastingen; dit laatste
heeft weinig met het thans in behandeling zijnd onder
werp te maken; hierdoor is overigens via de pers de in
druk ontstaan als zou er vandaag over belastingen worden
gesproken; in dit verband is er wel van de zijde van zijn
fractie een voorstel te verwachten tot splitsing van
honden in waakhonden en luxe-honden, want het probleem
ligt namelijk binnen de bebouwde kom, en waarom zullen
we zon 3.000 bewoners van het buitengebied gaan belasten
terwijl in deze tijd van toenemende criminaliteit zij
juist een waakhond nodig hebben; tot slot wil hij nog
gaarne vernemen wat de kosten van de penning zijn en
wanneer deze wordt ingevoerd.
De voorzitter merkt op dat een onderscheid van honden
wettelijk verboden is.
De Heer Miltenburg is van mening dat het voorstel weinig
oplost en veel werk met zich brengt vooral voor het toch
al druk bezet gemeentelijk apparaat; hij vraagt zich af
of er wel een adequaat controle-apparaat is, bovendien
ligt het probleem meer in de vele zwart-honden omdat
er zo weinig worden opgegeven; daarnaast doen we niet aan
public relations als we de hondenbelasting met 100%
gaan verhogen; weliswaar is deze belasting in Prinsenbeek
niet hoog want 13 jaren geleden betaalde hij in Den Haag
al 25,voor de eerste hond en 50,voor de tweede
hond
De voorzitter interrumpeert door te stellen dat alleen
de Algemene Politieverordening aan de orde is.
Wethouder Hennekam stelt voorop dat de overlast erg
groot is; we leven hier op een beperkt gebied en dan moet
de vrijheid ten aanzien van de honden wel wat worden
ingeperkt; het effect zal er niet minder om zijn; een
adequaat opsporingsapparaat heeft Prinsenbeek niet, al
wordt er van de zijde van openbare werken en van de po
litie op toegezien en tijdig aan de bel getrokken; het
zou overigens prettig zijn als een opsporing van justitië
le zijde ook een vervolg krijgt en de zaak niet wordt
afgedaan met "ik kan met U meevoelen, ik heb ook een
hond" zoals laatst ons hoofd van openbare werken de
kantonrechter hoorde zeggen tegen een dame-met-hond-in-
overtreding; overigens merkt hij op dat het hier niet
gaat over honden buiten de bebouwde kom; de politie is
voorstander van zon penning, terwijl het algemeen ver
schijnsel - ook elders - van niet-betalende hondenbe
zitters met de penning wordt teruggedrongen; verder zou
het aanbeveling verdienen aan meerdere mensen van open
bare werken deze opsporingsbevoegdheid te geven.
Na enige discussie stelt de voorzitter
hoofdelijke stemming aan de orde, waar
uit blijkt dat alleen de Heer Milten-