bevoegdheden en tegelijk een oordeel te leven over
zaken die je eerst kunt beoordelen als men die
taken en bevoegdheden kent; de uitspraak van het
Land an Heusden en Altena acht hij prematuur om
dat het logischer zou kunnen zijn dat dit Land
zich aansluit bij een meer noordelijk gelegen ge
west; de opdeling van dit Land in 4 stukjes is,
gezien de historische eenheid, geen juiste zaak,
maar daarover hebben wij niet te oordelen; het on
logische zit hierin, dat ons wordt gevraagd een
voorlopig oordeel uit te spreken over de toetreding
van het Land van Heusden en Altena, en daarnaast
een exact oordeel over de vorming van het gewest
West-Brabant
het gewest West-Brabant -aldus wethouder Hennekam- is er nu niet
en zal nog lang op zich laten wachten; de wens van het Land van
Heusden en Altena is -en dat heeft de Heer Tonneyck juist
getaxeerd- om als eenheid bij dat eventueel latere grote gewest
te komen
-van een onjuiste methodiek bij de ombouw van het stadsgewest kan
men,naar zijn mening t.a.v. het stadsgewest Breda niet spreken;
wanneer via direkte verkiezingen de gewestraad zijn macht ont
leend aan het volk, dan is er juist sprake van een 4e bestuurs
laag; nu hebben de afgevaardigden verantwoording af te leggen
tegenover de gemeenteraad.
De Heer Jansen stelt dat er in de praktijk de verant
woordingsplicht in de gemeenteraad alleen een mede
delingsplicht is; er is van de afgevaardigden nog
geen vraag aan de orde geweest mag ik Uw mandaat,
want we moeten ons uitspreken over een bepaalde zaak"
de afgevaardigden hebben een mandaat, mogen in de
Gewestraad meespreken; dit is een vertrouwen in de
afgevaardigden persoonlijk; uit de gedane mededelingen
is gebleken dat de afgevaardigden dit vertrouwen waard
zijn; wanneer zij echter daar een scheve schaats heb
ben gereden, dan kan de Raad daaraan niets veranderen;
zij moeten de Raad wel informeren, maar de gemeente -
en dat is de eigenaardige figuur - is wel financieel
gebonden aan de besluiten die de afgevaardigden in de
Gewestraad nemen.
Indien bij rechtstreekse verkiezingen - aldus wethouder Hennekam -
andere personen dan Gemeenteraadsleden in de Gewestraad zitting
hebben, dan heeft de Raad niet eens de gelegsnheid hen te zeggen
dat ze een scheve schaats hebben gereden.
De voorzitter zegt- de discussie gehoord hebbend - dat de Raad
wordt gevraagd zich uit te spreken over de concept-structuurschets;
in afwijking van de visie van de Gewestraad;
stelt de Heer Roeien dat hij het talenpakket mist
spreekt de Heer Tonneyck de verontrusting uit dat :e structuur
schets wel eens een middel zou kunnen zijn om te komen tot ge
meentelijke herindeling
meent de Heer Jansen dat deze 4e bestuurslaag wel eens de plaats
van de 3e bestruuslaaq zou kunnen gaan innemen
