De voorzitter merkt op, dat het wel statutair is wat de Stichting
nu vraagt.
Volgens de statuten van de Stichting kan de gemeenteraad een
bindende voordracht van twee personen doen. De Stichting is ge
houden aan de statuten. De gemeenteraad kan een voordracht niet
gewenst vinden, doch dan blijft er een open plaats in het be
stuur. Dan zou de Stichting de statuten kunnen wijzigen, doch
zij kan ook niet daartoe overgaan en dan blijft de gemeente
helemaal zonder vertegenwoordiging, hetgeen hij zou betreuren.
Hij is het met de sprekers eens, dat mevrouw Van Dongen in het
bestuur een zeer belangrijke rol speelt, en dat anderzijds het
raadslid Van der Bom toch reeds deel uitmaakt van de Stichting.
Wethouder van der Westen zegt, dat het niet om de persoon gaat
doch om de gevolgde procedure.
De heer Roeien heeft in het gestelde door de wethouder een toe
spitsing beluisterd van het standpunt van lijst één, hetgeen niet
op hem door de woorden van de heer Miltenburg was overgekomen.
Hij vraagt of dit betekent, dat het voorstel nu moet worden
teruggenomen en dat weer de weg wordt bewandeld van vier jaar ge
leden. Daarna is er overleg in het Stichtingsbestuur en dan komt
over een of anderhalve maand de zaak weer hernieuwd terug in de
raad. Een wijziging van de statuten is toen gebleken niet moge
lijk te zijn.
De heer Miltenburg meent dat waar deze zaak destijds al uitvoerig
aan de orde is geweest, het op dit moment weinig zinvol is op
nieuw op wijziging van de statuten aan te dringen. De raad kan
het wel onder de aandacht brengen van de Stichting, maar de raad
kan de statuten niet veranderen.
De voorzitter zegt dat de raad de opdracht aan een bepaald persoon
tot bijvoorbeeld 2 jaar zou kunnen limiteren, opdat het bestuur
dan de gelegenheid krijgt de aangelegenheid nog eens te bezien.
Zij raakt dan ook niet in een vacaturesituatie. Een volledig be
stuur kan zich dan bezinnen op de vraag of het raadzaam is tege
moet te komen aan het verlangen van de raad.
Omdat de raad op deze opmerking niet reageert stelt hij voor te
beslissen over de vraag of de raad niet tot een voordracht van
twee personen overgaat, met aanwijzing aan het bestuur, dat de
raad zulks niet doet omdat tot dusver niet tegemoet gekomen is
aan het verlangen van de raad om rechtstreekse benoeming mogelijk
te maken.
De heer Roeien heeft er behoefte aan een stemverklaring af te
leggen. In de achterliggende periode is er op Hagedonk nogal wat
beroering geweest omtrent een netelige situatie. Hij hoopt niet
dat de discussie in de raad aanleiding wordt om eenzelfde soort
netelige situatie te krijgen. Zijn fractie heeft begrip voor
het probleem; hij zou zich kunnen indenken dat dit nog eens op
nieuw gesignaleerd wordt, zodat de raad over vier jaar een andere
weg kan gaan. Dat is wat prettiger dan er nu over te stemmen.
Zijn fractie is er voor om de namen van de voordracht nu in te
vullen. Hij laat het aan de raad over om hoofdelijk te stemmen.
De voorzitter stelt nogmaals voor, en hij neemt als zodanig de
visie over van de wethouder, om te stemmen over de vraag of de
raad al dan niet een voordracht van twee personen aan het bestuur
zal doen.
- Na -
-6-