-2-
is gebleken dat het wel degelijk een zaak is die in deze
gemeenteraad op dit moment zou moeten spelen; hij meent
dan ook dat er juist gehandeld is om deze zaak zo snel
mogelijk goed in het reine te brengen; het betekent dat
na hernieuwd beraad en overleg het voorstel zou moeten
zijn om datgene, wat toen besloten is, terug te trekken
en uitdrukkelijk naar voren te brengen, dat het ook in
deze gemeente niet zo moet zijn, dat dergelijke verklaringen
moeten worden afgegeven; aan Burgemeester en Wethouders
wordt^toevertrouwd terzake een goed beleid te voeren, doch
de leden van de Raad moeten verklaren achter dat beleid
te staan.
Voor de Heer Jansen is het een raadsel waarom hiervoor
een spoedvergadering nodig is; het heeft geen enkele ur
gentie, had rustig kunnen wachten tot de normale verga
dering, waarin dan gereageerd had kunnen worden op pu-
blikaties, waarvan de koppen met deze zaak niets te maken
hadden; de konsekwenties zijn in het geheel niet aan de
orde, vragen om afgifte van verklaringen zijn niet aan de
orde; hij begrijpt helemaal niet waarom de Raad thans is
bijeengeroepen om deze verklaring af te geven; hij vindt
het belachelijk dat dit niet tot de normale zitting had
kunnen wachten.
De voorzitter geeft als antwoord dat er gebruik is gemaakt
van het recht, neergelegd in artikel 46 der Gemeentewet,
om een extra-raadsvergadering aan te vragen; deze zou
binnen 3 a 4 dagen gehouden moeten worden, doch in verband
met de bezette agenda's van de leden van het College en
van de Raad heeft hij de termijn "binnen 2 x 24 uur" ge-
kozen;voor deze keus was de zaak wellicht niet zo dringend,
doch de vergadering had toch binnen 3 a 4 dagen moeten
plaats vinden. Resumerend wat door de Heer Tonneyck is
gesteld stelt hij, na te hebben geconstateerd dat een en
ander voldoende wordt gesteund, aan de orde mondelinge
stemming over "intrekking van het voorgaande besluit en het
voor kennisgeving aannemen van het stuk"
Bij de mondelinge stemming spreken alle
(12) leden van de Raad zich uit voor het
voorstel-Tonneyckzodat met algemene
stemmen het besluit van 22 januari 1976
inzake afgifte van verklaringen van "niet-
Jood"-zijn is ingetrokken en het verzoek
d.d. november 1975 van het Israël-Comitê
Nederland, afdeling Brabant voor kennis
geving is aangenomen.
3Sluiting.
De voorzitter sluit om 19.07 uur de vergadering met gebed.
Aldus vastgesteld in de openbare ver
gadering van de Raad van Prinsenbeek van