1
Hij geeft de raad in overweging er aan te denken dat
elk jaar een overschot ontstaat, dat dit jaar nog
extra is verhoogd door toekenning van het bedrag per
inwoner uit het gemeentefonds naar 10.000 inwoners,
hetgeen een bedrag van plm. 150.000,meer is dan
verwacht. Hij vindt het een goede zaak een gedeelte van
de post onvoorzien te besteden aan het afbouwen van de
diverse baatbelastingen. Hij vindt dit niet zo zeer om
de redenen, die door een ander lid van de commissie
financiën naar voren zijn gebracht, maar ook omdat deze
belastingen ook aan een deel van de gemeenschap ten
laste moeten komen. Hij haalt als voorbeelden aan de
Meester Bierensweg en de Groenstraat. Het zijn oude
straten, waarover de entree van Prinsenbeek loopt. Hij
vindt het niet meer dan billijk dat deze straten, gezien
hun karakter, er netjes en verzorgd uitzien. Riolering
is niet alleen ten gunste van de hygiëne van de des
betreffende bewoners, doch ook voor het totale aanzicht.
Een tweede argument om de baatbelastingen af te schaffen
is volgens hem de per 1 januari 1978 in te voeren
onroerend-goed-belastingenDe economische waarde van
de panden zal mede ontstaan door de ligging van de
panden. De panden aan de Meester Bierensweg en Groen
straat krijgen een meerwaarde, zodat zij toch al meer
belasting moeten voldoen. De afschaffing van de baat
belasting voor de oude kom zou per gezin een bedrag van
12,vergen, terwijl de kosten van inning misschien
al 5,of 6,zijn. De baatbelastingen Meester
Bierensweg en Groenstraat zou hij met 15% per jaar
willen afbouwen. Totaal komt zijn voorstel dan neer op
150.000, in mindering brengen op de hoofdsom van
de baatbelastingen. Voorts pleit hij voor de vorming
van een reserve ter dekking van de inkomstenverlaging
van 35.000,
De reserve verbetering wegen en fietspaden dient tot
300.000,te worden verhoogd. Dan blijft er nóg
ruim ƒ.500.000,over voor toevoeging aan de reserve
sport, jeugd- en gemeenschapsvoorzieningen. Hij zou dit
voorstel naast het voorstel van het college willen leggen.
De voorzitter herinnert er aan dat de raad heeft gesteld
in een van de vorige vergaderingen dat de onroerend-
goed-belastingen nooit het sluitstuk van de begroting
mag worden. Tekorten die er zijn of dreigen te komen,
mogen niet in die belastingen worden ondergebracht. Het
opleggen van baatbelastingen vindt hij alleszins redelijk.
Voorts stelt hij dat degenen, die bouwgrond gekocht heb
ben, alle kosten in de grondprijs betalen.
m