Het college heeft voor ogen gehad dat bij de raad mis
schien bepaalde punten zouden kunnen worden weggelaten.
Uit de woorden van de Heer Jansen begrijpt hij echter
dat de raad alle in de nota opgesomde taken onder
schrijft
De Heer Jansen is bereid te zijner tijd de uitwerking
te bezien van de in de nota opgesomde taken. Hij heeft
uitdrukkelijk betoogd dat hij blij was met het gestelde
op bladzijde 51 van de nota, waarin is vermeld dat het
stadsgewestbestuur begrip heeft voor de financiële ge
volgen die men in het oog moet houden bij de toekomstige
afwikkeling van de taken. De alinea onder 12.2 geeft hem
grond om met groot vertrouwen de uitwerking op onderdelen
tegemoet te zien. Dan is er ook altijd nog een "nee" mo
gelijk indien men tever zou willen springen.
De Heer Roeien heeft zich niet voorbereid op de behande
ling van de nota, mede doordat hij een mededeling heeft
ontvangen van een afgevaardigde uit de raad dat behande
ling niet zou plaatsvinden.
De Heer Jansen stelt voor, mede naar aanleiding van het
geen in de commissie ruimtelijke ordening is besproken,
de behandeling van de nota te laten plaatsvinden in de
volgende normale raadsvergadering.
De Heer Dirven wenst geen afzonderlijke vergadering.
Zijn fractie stemt in met het voorstel van het lid
Jansen. Hij noemt wel een enkel punt, waaronder de ver
werving van natuur- en landschapsgebieden, hetgeen zeer
kapitaalintensief kan worden. Zijn fractie zou het op
prijs stellen indien er in deze een voorstel van het col
lege komt, omdat hij niets voelt voor een discussie zon
der nader voorstel. Controversiële punten en ook het
niveau van de taken zouden aan de orde kunnen komen in
een voorstel.
De voorzitter zegt dat indien er van de zijde van het
college nog opmerkingen zijn, deze aan de raad zullen
worden medegedeeld.
Zonder hoofdelijke stemming wordt
besloten de nota in de volgende ver
gadering te bespreken.
6Nota omtrent ontwerp-begrotingswijzigingen 1977 van het
Stadsgewest Breda.
Zonder hoofdelijke stemming wordt
overeenkomstig de nota besloten.
7Nota omtrent de ontwerp-begrotingen 1978 van het Stads
gewest Breda.
De Heer Dirven zegt dat de kosten van de gezondheidszorg
in het kader van het Stadsgewest geflatteerd zijn. Bij
deze kosten moeten de niet door het Stadsgewest gedragen
kosten van gezondheidszorg, die door de gemeente recht
streeks worden gedragen, opgeteld worden.
-Hij-