16) Voorstel inzake de aanvrage ex artikel 72 der laqer-onderwijs-
wet 1920 betreffende uitvoering van het buitenschilderwerk
aan het nieuwbouwgedeelte van de H. Hartschool.
De voorzitter vreest dat in de toekomst mogelijk meer aan der
gelijke onderhoudsgevallen via artikel 72 zullen worden aange
vraagd.
Op formele gronden kan aan de aanvrage geen medewerking worden
verleend.
De heer de Hoon bevreemdt het dat het nieuwe gedeelte niet
in de staat van het oude gedeelte van deze school is gebracht
door de aannemer. Het zou logisch geweest zijn indien ook de
nieuwbouw wit geschilderd was.
De voorzitter beaamt dit, doch wijst er op dat het schilder
werk in het verleden niet door de gemeente is geschied doch
in eigen beheer van de school. Verfraaiing is geschied uit
eigen middelen, mogelijk uit reserves van het bedrag per leer
ling. Dit houdt in dat bij de nieuwgebouwde lokalen het schil
derwerk aan de buitenzijde niet is begrepen in de verstrekte
opdracht. Er is geen bezwaar tegen het schilderwerk in eigen
beheer en met middelen van de school te herhalen bij het nieuw-
bouwgedeelteToekenning van middelen via artikel 72 is niet
mogelijk.
De heer Hennekam zegt niet zover te willen gaan dat aanpassing
van het geheel aan het oude moet geschieden, want dat zou be
tekenen dat het witte schilderwerk verwijderd zou moeten worden.
Een andere benadering zou kunnen betekenen dat dure verfraaiin
gen van het schoolbestuur steeds gevolgd zouden moeten worden.
De heer de Hoon betoogt dat bij een uitbreiding aan een aan
nemer een opdracht verstrekt dient te worden dat met de
zelfde materialen wordt gewerkt en oude en nieuwe gedeelte
met elkaar in overeenstemming zijn.
De heer Dirven zegt dat destijds bij de aanneming het witte
schilderwerk begrepen had moeten zijn, doch ook de commissie
en de raad heeft verzuimd destijds daarop te letten. Die
opdracht is niet verstrekt en toepassing van artikel 72 is
thans niet mogelijk. Hij acht het mogelijk dat vanwege het
schoolbestuur hetnieuwe gedeelte aan het oude wordt aange
past. Ook in de commissie is naar voren gebracht dat aanpas
sing geen bezwaar is, doch niet op kosten van de gemeente.
Dan zou men eisen kunnen stellen aan de kwaliteit van het
werk.
Gesteld zou kunnen worden dat bij de opdracht verzuimd is die
werkzaamheden op te nemen.
Zonder hoofdelijke stemming wordt overeen
komstig het voorstel besloten.
17Voorstel betreffende een aanvrage ex artikel 72 der Lager-
onderwijswet 1920 ten behoeve van het treffen van diverse
voorzieningen aan de H. Hartschool.
De voorzitter zegt dat het schoolbestuur voorzieningen wenst
te treffen die tot het normale onderhoud behoren en uit de
exploitatie-vergoedingen bekostigd moeten worden.
De commissie voor onderwijszaken adviseert om de aanvrage af
te wijzen.
Zonder hoofdelijke stemming wordt over
eenkomstig het voorstel besloten.