-11- De heer Jansen doet mededeling van het feit, dat hij onlangs een gesprek heeft gehad met enkele vertegen woordigers van rijkswaterstaat. Toen heeft hij de vraag gesteld of er al methodieken ontwikkeld zijn om geluidshinder langs rijkswegen tegen te gaan, daar bij doelend op voorzieningen die in de buurt van Zwijndrecht getroffen zijn. Door T.N.O* zijn uit voerige studies daarover verricht, die volledig uit sluitsel zouden kunnnen geven t.a.v. deze geluids hinder. Deze zijn drieledig, namelijk voorzieningen in de gevels van de woningen aan te brengen, wel licht ook in de beglazingen. Een andere vorm is het aanbrengen van rasterwerken langs wegen; in ernstige gevallen combinaties daarvan. Hij verzoekt het college nadere informaties te trekken bij de bevoegde instanties, omdat dit ook voor deze gemeente van groot belang kan zijn. Er zijn bepaalde panden in deze gemeente, die ernstig last van deze geluidshinder ondervinden. De voorzitter zegt toe deze informaties te trekken. De heer van der Bom vraagt of het destijds gevraagde advies van Volkshuisvesting is ingekomen en of hij, in bevestigend geval een afschrift kan ontvangen. De voorzitter zegt toe hem dit te zullen toezenden. Hierna geeft de voorzitter in korte bewoordingen een toelichting van de zijde van burgemeester en wet houders op een schrijven, gericht aan de Raad en de leden individueel betreffende een klacht over de trage voorschrijding van de bouw van enkele vrije sectorwoningen in het bestemmingsplan de Staart. Na enige discussie stellen enkele leden voor dit stuk nu niet in behandeling te nemen, omdat zij on voldoende kennis hebben kunnen nemen van de reactie van het college van burgemeester en wethouders ter zake van deze aangelegenheid. Alvorens agendapunt 10 in behandeling te nemen, schorst de voorzitter de vergadering voor nader beraad. Na heropening door de voorzitter geeft hij het woord aan de heer Roeien die het college er aan herinnert, dat bij de stukken twee offertes ter lezing aanwezig dienen te zijn; uit het verleden is de behandelwijze zeker bekend-. De heer Dirven is het opgevallen, dat er een groot prijsverschil in de offertes te constateren valt. De heer van der Bom vindt het jammer, dat de offer tes niet eerder getoond zijn, doch steunt wel het voorstel van burgemeester en wethouders.

Raadsnotulen en jaarverslagen

Prinsenbeek - Notulen van de gemeenteraad | 1978 | | pagina 171