-13- De heer Lodewijks heeft al eerder gesteld, dat de gemeente naar wegen moet zoeken om verschraling van de middenstand te voorkomen. De vraag is nog steeds actueel welk beleid daarvoor gevoerd moet worden. De door spreker gevraagde uitbreiding van het onderzoek zal plaats vinden, hetgeen wel wat duurder uitkomt, doch aan de uitkomsten zal de gemeente meer hebben. Zijn fractie beantwoordt de eerste vraag bevestigend waarbij hij wel opmerkt, dat dit onderzoek niet gericht kan zijn op de wens om de Prinsenbeekse middenstand toegang te geven tot vestiging van winkels in de Haagsche Beemden. Vermenging van belangen is duidelijk, namelijk een particulier en een gemeentelijk belang. Hij pleit voor een open onderzoek, waarbij meerdere alterna tieven tot uitdrukking worden gebracht. Later kan dan de Raad voor wat betreft de gemeentelijke belangen zijn wensen ten aanzien van die alternatieven uitspreken. Het gemeentelijk belang blijft wel beperkt, ofschoon de uit komsten door de gemeente wel op een of andere wijze gehan teerd kunnen' worden, b.v. in bestemmingsplannen. Spreker vindt, dat de gemeente behoort te participeren en denkt aan 10% van de kosten als bijdrage. Tot slot wil hij nog een algemene opmerking plaatsen, dat andere onderzoeken van meer belang voor Prinsenbeek kunnen zijn, zoals een onderzoek naar de woningbehoefte en welzijns voorzieningen De heer van der Bom wil alle drie vragen positief beantwoorden en wel om de volgende redenen. De activiteiten van POK ver dienen een stimulans en de gemeente kan die stimulans geven en voorts heeft ook de bevolking belang bij het onderzoek. Wat de bijdrage zou moeten zijn, is discutabel doch als de gemeente f. 10.000,-- betaalt, zal het POK ook een dergelijk bedrag op tafel moeten leggen, na aftrek van de subsidie van Ontwikkeling en Sanering. Wethouder van Seventer merkt op, dat het gesprek met de ge meente Breda volslagen negatief is uitgepakt in die zin, dat van Breda geen enkele medewerking kan worden verwacht. Dit heeft tot gevolg gehad, dat ook binnen het college van bur gemeester en wethouders over dit onderzoek verschillend ge dacht wordt. Het college staat positief tegenover het instellen van een onderzoek, omdat het nut er wel van ingezien wordt. Ook ten aanzien van een gemeentelijke participatie staat het college positief. Spreker vraagt wel aan de Raad hoe gedacht wordt over de geldelijke bijdrage. De heer Roeien zegt te willen blijven staan op het standpunt, dat het voorstel dienaangaande van het college komen moet, ook al wprdt binnen dat college genuanceerd gedacht over het onderzpek en de bijdrage. De voorzitter voegt er aan toe, dat over participatie niet verschillend wordt gedacht, doch wel over de vraag hoe groot de gemeentelijke bijdrage dient te zijn. Spreker denkt dat de resultaten van het onderzoek eigenlijk nu al bekend zijn, dat er een langgerekt winkelapparaat in Prinsenbeek is, dat er een overbelasting in de food-sector

Raadsnotulen en jaarverslagen

Prinsenbeek - Notulen van de gemeenteraad | 1978 | | pagina 221