-22-
Wij achten dit vrij ongelukkige voorbeelden; een oriënta
tie bij andere Gemeenten omtrent de hoogte van de subsi
dies aan deze of soortgelijke instellingen zou hem wel
licht van zijn aangehaalde uitlatingen hebben weerhouden.
Wordt thans geklaagd, dat voor cultuur te weinig wordt
uitgegeven, wij hopen dat na realisatie van onder andere
de plannen betreffende het Eikenbos en bibliotheek plus
Groenstraat 59 niet het omgekeerde het geval zal zijn.
Ook wordt door spreker voorgesteld de post voor de tege
moetkoming aan de raadsfracties te verhogen van f.850,
tot f.1.000,en te verdelen volgens dezelfde verdeel
sleutel
Nu is deze tegemoetkoming gebaseerd op een verordening.
Men kan daarom niet zo maar stellen de raming voor deze
post te verhogen. Deze raming is bovendien mede gebaseerd
op het aantal fracties. Overigens zien wij de noodzaak
tot de gevraagde verhoging van deze tegemoetkoming niet
in.
Ten aanzien van de door de V.V.D. opgestelde analyse van
de begroting hebben wij dezelfde bemerking als vorig jaar.
Wij willen hierop thans niet te ver ingaan maar wel stel
len, dat het volstrekt onjuist is te veronderstellen, dat
57^% van de uitgaven beïnvloedbaar is.
Verder dat de uitkering terzake van de gymnastieklokalen
niet gezien moet worden als inkomsten van het onderwijs,
maar als inkomsten van de sportdienst en daarom ook aan
die dienst worden doorbetaald.
Inzake de gesignaleerde overschotten, werd er door de Heer
Dirven op gewezen dat er voor 1978 betreffende het onder
wijs een overschot zou zijn van f.112.000,en werd ook
hier reeds met gulle hand een voorstel gedaan. Daarbij
moet ik opmerken,dat in de door de V.V.D. opgestelde ana
lyse het tekort op hoofdstuk 8 f.22.000,te laag is ge
steld. Daardoor alleen al is het saldo aan onderwijs niet
f.112.000,maar f.112.000,-- minus f.22.000,minus
f.73.000,is f.17.000,
Dus de reeds gedachte en voorgestelde verdeling van ge
noemd bedrag door de V.V.D. zal wel herzien moeten worden.
Verder brengt de Heer van Seventer van dezelfde fractie
de indicatie-commissie nog ter sprake, in welke commissie
Prinsenbeek, Terheijden en Teteringen zouden samenwerken.
Dat hier geen beroep is gedaan op de gezondheidsdienst van
het Stadsgewest Breda en dat gezocht is naar dit samen
werkingsverband, vindt vooral zijn oorzaak in het feit,
dat tijdens een toelichtingsbijeenkomst onder leiding van
gedeputeerde Einmahl op geen enkele wijze naar voren kwam
dat aansluiting en een beroep op deze doen op de stadsge
westelijke gezondheidsdienst vanzelfsprekend zou zijn.
Nog sterker, door de voorzitter van de commissie gezond
heidsdienst werd staande de vergadering en daarna gezegd,
dat men wel bereid was te helpen, als hierom werd verzocht.