Nota inzake het voortbestaan van de Schoolgezondheids-
dienst Etten-Leur.
De Heer van Seventer prijst zich gelukkig te mogen
constateren dat deze nota een aanzet tot uittreding
is. Voor de gemeenten Etten-Leur, Zundert en Rijsber-
gen is het besluit tot uittreding niet moeilijk,
omdat deze gemeenten zich onmiddellijk kunnen aan
sluiten bij het Stadsgewest.
Hij kan zich voorstellen dat men clementie heeft voor
de gemeenten Hoeven en Rucphen. De burgemeester van
Zundert heeft voor deze gemeenten op de bres gestaan.
Tijdens die bijeenkomst hebben de vertegenwoordigers
van Hoeven en Rucphen echter gezegd zich aan te slui
ten bij de Roosendaalse dienst en laten blijken dat
de andere gemeenten zich daarover geen zorgen moeten
maken. Het Stadsgewest heeft als datum van toetreding
1 januari 1980 genoemd. Hij vraagt zich af, nu ge
bleken is dat de twee genoemde gemeenten geen pro
blemen hebben met toetreding tot de dienst in Roosen
daal of er thans niet als datum van opheffing 1
januari 1979 aangehouden kan worden.
De Heer Jansen stelt voor het advies van de commissie
te volgen en ook het gestelde door de vorige spreker
om tot opheffing op 1 januari 1979 te besluiten, ten
zij het College met grondige redenen de Raad kan
overtuigen dat uitstel noodzakelijk is. Gezien de uit
latingen van de gemeentebestuurders van Hoeven en
Rucphen zal uittreding van die zijde geen moeilijkhe
den opleveren.
De voorzitter zegt dat de gemeentebesturen van Hoeven
en Rucphen ongeveer een maand geleden hebben medege
deeld nog in onderhandeling te zijn met de dienst
van Roosendaal om bepaalde facetten van de gezond
heidszorg in te passen.
De bedoeling van alle partijen is om zo snel mogelijk
tot opheffing over te gaan. Niet uit het oog mag wor
den verloren dat in de dienst werkzame personen elders
herplaatst worden. Deze personen willen hun belangen
ook afwegen. Om voor deze mensen een overstap naar de
diensten te Breda en Roosendaal mogelijk te maken is
de termijn van 1 januari 1980 aangehouden. Ook net
dagelijks bestuur van het Stadsgewest heeft ingestemd
met deze datum voor het geval mocht blijken dat inpas
sing van het personeel niet spoediger zou kunnen qe-
schieden.
Opheffing echter geschiedt zomogelijk vóór 1 januari
1979.
Hij wil de wens van de Raad om 1 januari 1979 als op
heffingsdatum aan te houden in plaats van 1 januari
1980 wel overbrengen aan de andere gemeentebesturen
in de Schoolgezondheidsdienst en een duidelijke moti
vering vragen indien de eerste datum overschreden zou
worden
Zonder hoofdelijke stemming wordt
besloten tot opheffing van de
Schoolgezondheidsdienst op 1 januari
1979 of eventueel, na gemotiveerde
toelichting, op 1 januari 1980.
-10-