m -iO- betrekking hebben op de zelfstandigheid van kleine gemeenten als Prinsenbeek, waarvoor een volwaardig takenpakket gehand haafd moet blijven. Gelet op deze uitgangspunten heeft zijn fractie gekozen voor het derde model van de nota, waarin zowel de band met de gemeentebesturen als een gewestelijke afspiegeling van de be volking centraal staat. Het democratisch gehalte van model 1 vindt spreker te beperkt. Vervolgens zegt de heer Lodewijks, dat kwaliteitszetels in de Gewestraad uit den boze zijn, het democratisch principe dient de voorkeur te verkrijgen boven overwegingen van bestuurlijke aard. Zijn fractie heeft er geen bezwaar tegen, dat burgemees ters naar de Gewestraad kunnen worden afgevaardigd, doch anders dan via een kwaliteitszetel. Het wijzigen van de stadsgewest regeling op basis van een gekwalificeerde meerderheid houdt gevaren in met name voor kleinere gemeenten, die echter niet overdreven moeten worden en de keuze voor model 3 impliceert, dat gewestraadsleden een dubbele rol krijgen, enerzijds als vertegenwoordiger van de gemeenten, anderzijds vertolken zij de mening van de stadsgewestelijke bevolking. De heer van der Bom zegt, dat Gemeenschapsbelang zich geheel kan conformeren aan het voorstel van burgemeester en wethouders en wat de kwaliteitszetels betreft, is hij van oordeel, dat alleen de burgemeester een goede vertegenwoordiger uit de ge meente zal kunnen zijn, omdat hij het meest van de gemeente afweet. De heer Jansen wijst er op, dat het Stadsgewest in zijn oor sprong is ontstaan om bepaalde taken te vervullen, die om geldelijke of technische redenen niet door de gemeenten zelf vervuld kunnen worden en daarom in gezamenlijk overleg worden vervuld en die dus zuiver een gemeentelijke functie uitoefent. Het is hem daarom een raadsel, dat men over politieke fracties en rechtstreekse verkiezingen begint te praten, omdat men in feite alleen spreekt over een lichaam, dat bovengemeentelijke taken verricht ten behoeve van de inliggende gemeenten en die deze gemeenten zelf niet aankunnen. Daarom is het niet zo moeilijk in te zien, dat men hier te doen heeft met een hulpstructuur, dat het stadsgewest als een verlengd lokaal bestuur moet worden gezien,dat de leden door de gemeenten aangewezen moeten worden en tenslotte de wense lijkheid van territoriale fracties vanwege de mogelijkheid van inbreng van gevarieerde discussies. Zijn fractie is voorts van oordeel, dat de Raad van het Stads gewest teveel personen omvat; het is niet noodzakelijk, dat in deze struktuur 80 a 90 personen worden benoemd. Een aantal van 40 tot 50 maximaal moet voldoende zijn. Wat de kwaliteitszetel betreft, zou spreker de indruk kunnen krijgen, dat de eerste zetel een collegezetel is; dit behoeft niet persé de burgemeester te zijn, dat kan ook een wethouder zijn. Daarover zouden intern afspraken gemaakt kunnen worden. De wijziging van de stadsgewestregeling zou gebonden moeten zijn aan een zwaar gekwalificeerde meerderheid waarbij gedacht wordt aan zeker 85% van de leden; volledige instemming van alle gemeenten acht spreker niet absoluut noodzakelijk. De heer Dirven zou, gezien de voorstellen van de verschillende sprekers, nog een nadere discussie wensen. Hierna volgt een discussie tussen de voorzitter en de heer Dirven, waarbij eerstgenoemde enkele punten verduidelijkt.

Raadsnotulen en jaarverslagen

Prinsenbeek - Notulen van de gemeenteraad | 1979 | | pagina 113