-5-
De voorzitter concludeert, dat burgemeester en wethouders hebben
toegezegd de volgende vergadering een voorstel ter tafel te brengen;
op dit moment behoeft er verder niet over gediscussieerd te worden.
Wethouder van Seventer voegt er aan toe, dat het college van burge
meester en wethouders reeds voorbereidingen treft voor het conci
piëren van het welzijnsplan, maar omdat van de zijde van het minis
terie nog geen concrete gegevens verstrekt worden, hebben burge
meester en wethouders nog geen been om op te staan.
Voorts is al getracht een plan van de grond te krijgen, doch dit
bleek afgezien nog van enkele blijvende onduidelijkheden plm.
f. 25.000,tot f. 30.000,te gaan kosten. Zelfs met een prachtig
welzijnsplan zal de rijkssubsidie niet meer bedragen dan plm.
f. 16.000,
Dit plan blijft echter wel de aandacht van burgemeester en wethouders
hebben.
De heer van den Eijnden meent, dat het eigen apparaat best in staat
zal zijn tot inventarisatie en tot het opstellen van een groot glo
baal plan, waarbij het totale culturele gebeuren wordt samengevat.
Spreker denkt dan niet speciaal aan rijkssubsidie, maar aan een ge
meentelijke bijdrage.
Wethouder van Seventer herinnert aan de toezegging van de heer van
der Westen om het subsidiebeleid eens mee te bespreken. Er is een
nauw contact tussen hem en de heer van der Westen. Binnen afzien
bare tijd zal dit beleid opnieuw in studie worden genomen.
Wat C.J.C. en Eigen Handen betreft, aldus de wethouder, dezer dagen
gaat de uitnodiging voor een hernieuwd gesprek de deur uit.
Hierna sluit de voorzitter de discussie
over dit stuk.
4) Mededelingen Gewestraad.
Er zijn geen mededelingen te doen.
5) Intrekking van artikel 73a van de Algemene Politieverordening, eventu
eel aanpassen van de hondenbelasting en hanteerbaarheid van de huidige
bepalingen in de Algemene Politieverordening.
De heer van der Bom zegt ook geen heil te zien in de hondenpenning,
afschaffing heeft de volledige steun van zijn fractie; hij is niet voor
aanpassing van de hondenbelasting, omdat de goeden niet met de kwaden
moeten lijden. Wellicht is het nuttig de vervuiling nog eens via de
Klepel onder de aandacht van de ingezetenen te brengen, het is een
kwestie van mentaliteit en die kan men moeilijk veranderen.
De voorzitter antwoordt, dat de wethouder uit het vorig college meer
dere malen hierover in cie Klepel heeft geschreven, echter zonder resul
taat.
De heer Naqelkerke zegt voor behoud van de penning te zijn: wellicht
is het beter de penning af te geven op de persoon en niet op de hond,
mogelijk de penning duurder maken om uit de kosten te komen.
Spreker is ook geen voorstander de hondenbelasting aan te passen;
hij begrijpt echter niet, dat men niet verbaliserend kan optreden.
De heer Dirven vindt, dat de hondenpenning gefaald heeft; wat de be
lasting betreft, dit ligt erg moeilijk. De een kan de belasting ge
makkelijk betalen, de ander niet: hij vraagt zich af of een progres
sieve belasting soulaas zou kunnen bieden, b.v. bij meerdere huis
dieren.
Mentaliteits-beïnvloeding is heel moeilijk; al met al vindt spreker