-12-
Gemeenschapsbelang wil de sociale woningbouw zo spoedig mogelijk doen
aanvangen en steunt het voorstel van burgemeester en wethouders.
De voorzitter antwoordt de heer Jansen als volgt:
Ook het voorstel, om een voorbereidingsbesluit te nemen is in het col
lege besproken en afgewogen op de consequenties. In dit geval wordt de
bestemming als het ware bevroren en kan er niets gebeuren. Maar wat zou
den burgemeester en wethouders moeten doen, als een dergelijk besluit
genomen wordt Er weer dezelfde bestemming op leggen uiteraard, want
de Raad wil woningwetwoningen bouwen.
V/at zou vervolgens de eigenaar doen De voorzitter denkt daarbij aan
artikel 49 van de wet op de ruimtelijke ordening betreffende het indie
nen van een claim tot schadeloosstelling. De vraag is overigens of een
zodanig besluit rechtmatig wordt qenomen. Burgemeester en wethouders nemen
dit voorstel in elk geval niet over.
De voorzitter onderbreekt zijn betoog met een opmerking aan de heer Hen-
nekam, dat hij met de heer Jansen best belangrijke zaken te bespreken
heeft en dat hij daarnaar wil luisteren, doch dan wel hardop.
De heer Hennekam repliceert, dat de voorzitter blijkbaar gauw geirriteerd
is, zo gauw zelfs, dat hij deze opmerking wil plaatsen tijdens een korte
gedachtenwisseling met de heer Jansen. De zaak is voor zijn fractie even
ernstig en hij vindt, dat de voorzitter gedachtenwisselingen moet kunnen
laten passeren.
De voorzibter wil gaarne de vergadering schorsen, zoveel als men wenst,
dat is tenslotte ook openbaar bestuur.
De heer Jansen zegt het heel normaal te vinden, dat fractieleden onderling
overleggen ook al stoort dit. Dit is net zo normaal als het college dit
ook wel eens zal doen. Daar mag de voorzitter geen bezwaar tegen hebben.
De voorzitter repliceert, dat dit een ernstige zaak is, die de volle
aandacht moet hebben en deze wijze van onderbreking leidt hem gauw af,
maar daar went hij misschien aan.
Ook het tweede voorstel ziet het college niet zitten. Daarvoor moet een
bestemmingsplan worden ontwikkeld, dat goed onderbouwd moet zijn en dat
is niet zo maar gebeurd. De gemeente heeft grote behoefte aan een struc
tuurschets voor een ruimtelijke visie en het gaat de gemeente niet aan
als het ware rond te gaan om een perceel grond te zoeken om er woningen
op te gaan bouwen. En dat in een tijdsbestek van enkele maanden. Boven
dien moet er een exploitatie-opzet komen, die sluitend moet zijn en bij
de bouw van uitsluitend woningwetwoningen is dat absoluut onmogelijk.
En dan de procedure: vooroverleg, tervisie leggen, indiening van be
zwaarschriften enz. Dot kost enorm veel tijd.
De heer Hennekam zegt, dat de heer Jansen een methodiek geschetst heeft
die geheel overeind blijft staan: opnieuw onderhandelingen aanknopen
met de grondeigenaar.
Om het gevaar te keren, dat op dat perceel grond geen woningwetwoningen
gebouwd worden, stelt het CDA voor een voorbereidingsbesluit te nemen.
Spreker vraagt zich af, of er geen ander beeld zal ontstaan nu de
fractievoorzitter van het CDA gesuggereerd heeft onmiddellijk tot ont
eigening over te gaan, als deze onderhandelingen dreigen te mislukken.
Dit plaatst de gemeente in een betere onderhandelingspositie, met deze
stok achter de deur. Bovendien zullen de woningwetwoningen eerst eind
1980, misschien 1981 gebouwd worden.
Het aspect van de schadevergoeding is niet terzake doende.
De voorzitter heeft met belangstelling naar het betoog van de heer Henne
kam geluisterd, doch het heeft hem niet overtuigd.
Wat de schadevergoeding betreft heeft hij zijn twijfels.
