-20-
8. Milieu, Volksgezondheid en verkeer.
Zoals eigenlijk al gezegd zijn wij bijzonder ingenomen met uw voornemen om
ten aanzien van de verkeers- en de enerqieproblematiek studies te verrichten
en daarover later met een nota bij de raad te komen. Als die nota's er zijn
zullen wij ons standpunt bepalen.
Wat er nu eigenlijk gebeurt aan de geluidsoverlast van de Rijksweg is ons
niet erg duidelijk. U zegt dat u op onderdelen al voortgang heeft geboekt.
Wat wij gaarne van u zouden vernemen is, welke dan die onderdelen zijn
waarop voortgang is geboekt en hoe ver u op dit moeilijke probleem bent
vooruitgekomen
Wij zijn erg tevreden dat er onlangs in deze gemeente een bevolkingsonder
zoek naar long- en hart en vaat-aandoeningen heeft plaats gevonden, en nog
meer met uw aankondiging dat u deze vorm van gezondheidszorg periodiek zult
continueren.
9. Subsidies.
Over het subsidiebeleid ga ik niet herhalen wat ik daarover het vorige
jaar al heb gezegd.
Wel moet mij van het hart dat u er tot onze teleurstelling kennelijk niet
in geslaagd bent het hele stelsel van directe subsidiëring zodanig te door
ploegen, dat u nu met een inzichtelijk systeem van prioriteiten uit de bus
bent gekomen.
Zoals ik dat al eerder in deze raad heb gesteld zou ik dit subsidiesysteem
gaarne gebaseerd zien op een door de raad vastgesteld welzijnsplan. Dat plan
is er ook nog niet en het ziet er zelfs naar uit dat we dat ook helemaal
niet krijgen.
Vandaar nogmaals mijn verzoek om met grote spoed en voorrrang aan zo'n
plan te gaan werken en daaraan uw subsidiebeleid te koppelen.
Een moeilijke en moeizame operatie, dat geef ik toe, maar het kan uw be
leid inzake subsidiering en ondersteuning van de van subsidie afhankelijke
instellingen alleen maar beter maken.
De subsidievoorstellen die u doet hebben in het algemeen de instemming van
mijn fractie. Het deed mij persoonlijk deugd dat u dit jaar ook de f. 2.500,
Rijksbijdrage voor de peuterspeelzaal in het overzicht van gesubsidieerden
opnam. Degenen die het vorige jaar de begrotingsbehandeling in deze raad
hebben meegemaakt zullen begrijpen waarom.
Uw voorstel om het Vrouwentrefcentrum door een uitkering ineens uit de pot
van de zomerkermis in hun subsidieverlangens te honoreren, heeft onze in
stemming. Wij zijn met u van mening dat uit de exploitatie van het vrouwen-
trefcentrum een te geringe eigen inbreng aanwezig is. Wij voegen er echter
aan toe, dat wij gaarne zouden zien, dat indien het vrouwentrefcentrum een
status als rechtspersoonlijkheid heeft verworven en dat indien de levens
vatbaarheid en de representativiteit van het centrum zijn gebleken, dat
wij dan gaarne dit uit onze eigen bevolking voortgekomen initiatief onder
de hoed van de geregelde subsidiering wensen te brengen.
10. Het investeringsschema.
Op het investeringsschema, voorzitter, komen wij allerlei zaken tegen die
ik in het voorafgaande al gememoreerd heb en waarover ik mijn waardering
heb uitgesproken.
De investeringen zijn allemaal heel gemakkelijk te dekken uit de beschik
bare middelen, waardoor een budgettaire beoordeling niet meer nodig lijkt.
Een aantal inhoudelijke opmerkingen wil ik er echter nog wel over maken.