-12- Ik heb bij de oude leden ook na gesprekken ter zake bot gevangen en het daarna kalmpjes aangedaan omdat het wel eens goed is te bemerken wat het betekent geen comité te hebben. De beoordeling van een latere subsidieaanvrage is dan menselijkerwijze wat diepgaander. Uit de praktijk moet ik u meedelen dat in deze tijd niet gemakkelijk meer vrijwilligers worden gevonden en zeker niet als de overheidsmiddelen terzake vrij sober worden toebe deeld. Vlak vóór de behandeling van de begroting 1979 mag ik u vragen initiatieven als hier voorliggen mild te benaderen. Indien inderdaad sprake zou zijn van een mis-understanding of een contact-stoornis ten opzichte van het gedane aanbod dan spijt mij dit zeer en zou ik gaarne met de grootste spoed opgave van vrijwilligers ontvangen teneinde nog voor koninginnedag een nieuw comité tijdig te kunnen installeren. Alle fracties hebben gereageerd op ons voornemen om een fusie of althans een enge vorm van samenwerking tot stand te brengen van de op het terrein van de volkshuisvesting alhier opererende instanties. Het verheugt ons, dat verschillende politieke groeperingen bepaald positief hiertegenover staan. Dit meerder heidsstandpunt is dan ook voor ons College aanleiding om meer concrete pogingen tot fusering te ondernemen. Dat daarbij aan de door CDA en WD gesignaleerde consequenties wordt gedacht, achten wij vanzelfsprekend. Aan de fractie Gem.belangen kunnen wij antwoorden, dat van een bepaalde vorm van samenwerking op dit moment nog geen sprake is. Door middel van regelmatige publicaties en informaties zal de bevolking uit onze regio meer belangstelling moeten krijgen voor de ontwikkeling van het Stadsgewest Breda. Nu de kwestie van de reorganisatie van het binnenlands bestuur daar tussen door is gaan spelen, komt het ons voor, dat men door de bomen het bos niet meer ziet en dat daardoor de belangstelling afneemt. Dit is een jammerlijke zaak, omdat het Stadsgewest zinvol werkt en alle aandacht verdient. Wij onderschrijven het oordeel van het CDA, dat, ofschoon diverse taken in stadsgewestelijk verband efficiënter behandeld kunnen worden, dit lichaam niet mag uitgroeien tot een vierde bestuurs laag of de aanzet wordt tot de vorming van een nieuwe provincie West-Brabant. Wij merken hierbij op, dat wij ons standpunt ten aanzien van deze zaak in deze vergadering in een afzonderlijke nota aanbieden. Bepaald ernstige verwijten door WD en in meerdere mate door CDA zijn gemaakt ten aanzien van de bouw van 20 bejaardenwonin gen. Wij begrijpen deze uitlatingen tenvolle, ofschoon deze ver wijten ons college niet treffen. Wij willen bewust niet opnieuw diep op deze kwestie en haar voorgeschiedenis ingaan, doch mer ken wel op, dat het er alle schijn van heeft, dat een prestige- slag is uitgevochten. U heeft in onze nota van aanbieding kunnen lezen, dat het bouwplan bij volkshuisvesting is ingediend en dat met de bouw toch hopelijk over enkele maanden kan worden begonnen Gem.Belangen acht de gekozen alarmering onvoldoende. Dit is ook het standpunt van het CDA. Met nadruk wijzen wij er op, dat ook ons College liever een alarmering in het gebouw van Hagedonk had gezien, doch alle redelijke pogingen daartoe, en dat is ook Gem.Belangen bekend, hebben volledig gefaald. Eerder al hebben wij besloten om, zoals het CDA suggereert, met zeer geringe kosten een loze leiding tijdens de bouw te laten aanleggen, waardoor de gewenste alarmering toch tot stand kan komen, als betere tijden aanbreken.

Raadsnotulen en jaarverslagen

Prinsenbeek - Notulen van de gemeenteraad | 1979 | | pagina 67