deze zaak door het college moet worden voorbereid en vervolgens door de
raad al dan niet kan worden aangenomen. Vandaar ook zijn vraag, of de
voorzitter met deze handelswijze een specifieke bedoeling heeft en of
hij van mening is dat deze methodiek de beste is.
De voorzitter antwoordt er geen enkele specifieke bedoeling mee te hebben.
Hij zegt nog eens te hebben nagelezen hetgeen in de profielschets van de
nieuw te benoemen burgemeester werd gevraagd en waarvan ondermeer werd ge-
gevraagd dat hij, waar mogelijk tegenstellingen zouden bestaan, als brug
functie zou kunnen fungeren en deze zou weten te overbruggen. Hij treedt in deze
a titre personel op om drie groeperingen aan tafel te krijgen, waarbij het
zijn bedoeling is dat zij al pratende tot elkaar kunnen komen, dan wel zullen
moeten zeggen "wij komen niet tot elkaar".
Hij is van mening dat hij daarmee zijn taak heeft volbracht, en van het
resultaat daarvan zal hij in een van de komende raadsvergaderingen verslag
doen.
Het is de heer van der Westen opgevallen dat tijdens deze vergaderingen
enkele keren is gezegd dat de woningstichting zal gaan bouwen en zal laten
bouwen. Het lijkt hem voor het bestuur van de woningstichting niet prettig
te moeten vernemen welke plannen door welke aannemer gerealiseerd zullen
gaan worden, en hij dringt er op aan dat het bestuur tijdig geïnformeerd
en er bij betrokken wordt. Volgens de voorzitter is dit een^volstrekt
normale gang van zaken en behoort het ontwikkelen van plannen en de uit
voering daarvan volledig tot de competentie van de woningstichting.
De heer Dirven zegt bijzonder verheugd te zijn met het door de voorzitter
ontwikkelde initiatief. In tegenstelling tot hetgeen de heer Hennekam
namens het C.D.A. verkondigde, is zijn fraktie welkeen groot .voorstander
van de samensmelting tot één woningstichting. Daarnaast vraagt hij de voor
zitter om de brugfunctie, waarop deze zojuist geduid heeft, te blijven ver
vullen tot het moment waarop het gewenste resultaat bereikt is.
De voorzitter zegt zulks gaarne toe, maar de mogelijkheid daartoe hangt
uiteraard geheel van de betrokken partijen af.
Vervolgens deelt wethouder van Seventer mede dat het college zich zeer
waakzaam opstelt ten overstaan van de maatregelen welke vanuit den Haag
zullen komen in het kader van de uitvoering van "Bestek 81", en met name
voor wat betreft de uitkeringen uit het gemeentefonds. Hij heeft niet de
bedoeling met deze mededeling op bepaalde zaken vooruit te lopen, doch
beoogt er slechts mede de raad te informeren over gevoelens dienaangaande
die er bij het college leven.
25) Sluiting.
Hierna sluit de voorzitter met gebed.
Aldus vastgesteld in de openbare ver
gadering van 26 juni 1980.
DE RAAD VOORNOEMD,
-23-