-16- op last van een ander overheidslichaam deze maatregel weer ongedaan zou moeten maken binnen het kader van het vervangend tracé dat daar geprojecteerd is. Vervolgens benadrukt spreker nogmaals dat het treffen van eventuele voor zieningen, zo de gemeente daartoe al gerechtigd zou zijn, de kosten daar van het gemeentelijk budget te boven zullen gaan. En omdat bekend is dat op dit moment ook bij rijkswaterstaat niet de middelen voorhanden zijn om op korte termijn voorzieningen te treffen, stelt zijn fraktie zich op het standpunt dat het beter is de resultaten af te wachten van het door het Ministerie van Volksgezondheid en Milieuhygiëne in te stellen onderzoek en naar aanleiding daarvan bezien of er nog aanvullende studies vereist zijn. Overigens zegt hij uit het antwoord van de wethouder te hebben be grepen dat deze voornemens is een aantal naar voren gebrachte zaken nog eens opnieuw te bezien en daaruit leidt hij af dat het college het voor stel zal aanhouden c.q. terugnemen. Gaarne verwacht hij duidelijkheid over deze gevolgtrekking zijnerzijds. De heer Jansen vraagt zich af, of de rijksoverheid, nadat zij bekend heeft gemaakt eind 1980/begin 1981 een inventarisatie te laten maken van de in de gemeente Prinsenbeek bestaande geluidsoverlast en nadat hem bekend is geworden dat de gemeenteraad van Prinsenbeek besloten heeft eenzelfde onderzoek te doen uitvoeren twee of drie maanden eerder, nog wel bereid is om a) het door haar voorgenomen onderzoek nog doorgang te laten vinden op grond van het feit dat er sprake is van dubbelwerk, b) bereid is de uitslag van het op last van de gemeente te verrichten onderzoek in hun beleidsoverwegingen te betrekken met de motivering dat uitsluitend de zelf verzamelde informatie relevant is, of c) indien er te zijner tijd over de financiële consequenties gesproken gaat worden en de resultaten van het gemeentelijk onderzoek zouden normaliter voor de overheid aan leiding geven daaraan iets te doen, deze overheid die gegevens niet naast zich neer legt op grond van het feit dat zij zelf nog niet geïnven tariseerd heeft en mitsdien de gemeente Prinsenbeek buiten haar gezichts veld valt. Uitsluitend uit praktische overwegingen verwacht spreker dat het uitstel dat thans gevraagd wordt zeer wenselijk en zeer doelmatig kan blijken te zijn. Namens het college deelt wethouder Houtepen mede de visie van het meren deel van de gemeenteraad te kunnen onderschrijven, temeer daar er op dit moment geen zekerheid bestaat of de kosten van het onderzoek in het kader van het door het Ministerie van Volksgezondheid en Milieuhygiëne opgestelde Indikatief Meerjarenprogramma 1980 - 1984, voor rijksbijdrage in aanmerking komen. Hij besluit met te zeggen dat de suggesties uit de gemeenteraad nader zullen worden uitgewerkt, en dat het college-voorstel vooralsnog zal worden aangehouden. 11) Voorstel tot het voteren van een krediet voor de renovatie van het zwem bad "de Kuil". Als eerste spreker deelt de heer van der Bom mede mét het college van oordeel te zijn dat de situatie in het zwembad "de Kuil" dringend ver betering behoeft. Vooral waar het gaat over de veiligheid en de hygiëne, acht hij het treffen van voorzieningen op korte termijn gewenst. Wel is hij van mening dat de kosten van een renovatie zo laag mogelijk gehouden moeten worden zodat hij er op aandringt slechts dié voorzieningen te treffend die het meest noodzakelijk zijn. In dit verband verwijst hij naar de loopbrug aan het einde van het diepe bad waarvoor een relatief groot bedrag benodigd is en waarvoor wellicht een andere - qoedkopere - oplos sing gevonden kan worden. Rekening houdend met het feit dat tot nu toe de Provinciale Inspectie Volks gezondheid de onderhavige zwemgelegenheid als een tijdelijke situatie

Raadsnotulen en jaarverslagen

Prinsenbeek - Notulen van de gemeenteraad | 1980 | | pagina 149