duidelijk is geworden, en hij vraagt de voorzitter de vergadering voor
korte tijd te schorsen opdat hij zich intern nader kan beraden.
De voorzitter antwoordt dat van de zijde van burgemeester en wethouders
duidelijk is gesteld, en door de heer Roeien namens de CDA-fraktie nog
eens werd herhaald, dat, wanneer tussen nu en enkele maanden zou blijken
dat het niet mogelijk is binnen de huidige bestemmingsbepalingen datgene
te doen wat betrokkene graag zou willen, gerekend mag worden op alle
medewerking van zowel de gemeenteraad als van het college van burgemeester
en wethouders. Ook dan, als de desbetreffende wijzigingen uit het voor
overleg terugkomen, kan de raad bij het vaststellen van het plan deze
locatie medenemen.
De heer Jansen voegt daaraan toe dat, indien de raad het voorstel van de
heer Dirven zou overnemen, de mogelijkheid aanwezig is dat betrokkene
in zijn belangen hogelijk wordt gedupeerd. In dat geval namelijk wordt
reeds thans besloten op welke plaats binnen zijn perceel een woning moet
worden gebouwd, terwijl het onder andere uit welstandsoverwegingen nog
een open vraag kan zijn welke de meest aangewezen situering is.
Mede ook naar aanleiding van de woorden van de heer Jansen steunt de
heer Dirven het voorstel van de heer van den Eijnden, en vraagt de voor
zitter de vergadering voor intern beraad te schorsen.
Vervolgens schorst de voorzitter de vergadering voor enkele minuten.
Nadat de voorzitter de vergadering heeft heropend, deelt de heer Dirven
mede dat het college ten aanzien van het door hem gelanceerde voorstel
carte blanche' wordt gegeven in de uiteindelijke verwezenlijking daar
van, echter onder de uitdrukkelijke voorwaarde dat de horecalocatie aan
de Meester Bierensweg als negende punt wordt toegevoegd aan het voorstel
waarover thans een besluit moet worden genomen. Hij vervolgt met te zeggen
dat betrokkene zelf de voorkeur heeft uitgesproken aan het geven van de
bestemming 'horeca' aan de gehele huidige horecaruimte, inclusief aan de
daarin opgenomen woning, en aan een vrijstaande woning in de onmiddellijke
nabijheid daarvan die eveneens in de horecasfeer wordt betrokken.
De heer Hennekam zegt niet exact te weten hoe dat precies zijn uitwerking
heeft in een voorbereidingsbesluit, doch uitgangspunt dient te blijven het
besluit dat burgemeester en wethouders enkele vergaderingen geleden hebben
genomen en voorgesteld, en vervolgens door de raad is overgenomen. In het
verlengde daarvan kunnen burgemeester en wethouders een voorbereidingsbe
sluit treffen, maar dat is duidelijk anders dan een strook grond van 20
meter, gemeten ongeacht waar, de bestemming 'woningbouw' te geven.
De voorzitter stelt vervolgens aan de heer Dirven de vraag of het juist is
dat diens voorstel als volgt kan worden geformuleerd, namelijk: "locatie
9 komt erbij, en kan geëffectueerd worden wanneer zou blijken dat datgene
wat de raad enkele vergaderingen terug heeft gesteld, niet realiseerbaar
is"
De heer Dirven herhaalt vervolgens dat het de bedoeling is, dat bij het
nemen van een voorbereidingsbesluit daaronder mede begrepen wordt de ho-
recabestemming aan de Meester Bierensweg, en dat betrokkene vervolgens
wordt geholpen bij het realiseren van zijn wensen welke uitgaan naar het
bouwen van een vrijstaande woning nabij zijn horecapand. Het bestaande
horecapand, inclusief de woonruimte welke daarvan onderdeel uitmaakt, dient
de bestemming 'horecagelegenheid' te krijgen.
De voorzitter concludeert vervolgens dat locatie 9 wordt meegenomen, en
eerst dan wordt gerealiseerd wanneer blijkt dat datgene wat de raad enige
maanden geleden besloten heeft, niet te effectueren is. Hij vervolgt met
te zeggen dat burgemeester en wethouders het voorstel van de heer Dirven
niet zonder meer kunnen overnemen omdat daardoor willekeur zou kunnen ont
staan. Indien echter inderdaad blijkt uit contacten met deskundigen/buiten
staanders dat datgene wat de raad wenst niet uitvoerbaar is, zullen nóch
- 11 -