-8- Mijnheer de Voorzitter. Het is voor het eerst dat de algemene beschouwingen naar aanleiding van de gemeentebegroting in een strak tijdsregiem worden afgewikkeld. Ik heb daar op zich weinig moeite mee, want enige vaart mag en moet er wel in dit soort gebeurtenissen blijven. Meer moeite heeft mijn fractie met de aan kleine fracties toegemeten tijds periode van slechts 30 minuten. Het is in deze raad gewoonte geworden om zelfs over hele kleine punten en over punten van heel weinig importantie minutenlang te stechelen, en dan mag er ineens over zoiets belangrijks en iets van zo groot belang als een gemeentebegroting door althans kleine fracties slechts 30 minuten worden gesproken. In het belang van de zaak lijkt mij dit een slechte oplossing. Misschien heeft u gedacht aan het gezegde "in de beperking toont zich de meester", maar dat is dan toch iets dat alleen door de woordvoerders van de kleine fracties dient te worden bewezen, terwijl zo'n meestertitel al bij voorbaat aan de woordvoerder van de grootste fractie is geschonken. Ik heb lang gedacht over de manier waarop wij als fractie dit probleem zouden kunnen oplossen. Uiteindelijk hebben wij besloten om "gewone al gemene beschouwingen" te houden, voor zover de tijd het toelaat. En als de tijd om is, dan zullen we wel moeten stoppen, maar dan heb ik de eer het resterende gedeelte van mijn beschouwingen aan u schriftelijk ter hand te stellen. Er is veel te doen over het functioneren van deze raad. Sommigen vinden dat hij niét functioneert, omdat steeds alleen de stem van de grootste fractie wordt gehoord en het beleid van uw college telkenmale door die fractie wordt doorkruist. Zo dit waar is, ik heb er de tijd niet voor om er lang bij stil te staan, en ik heb er geen zin in om - zoals andere woordvoerders in voorgaande jaren - aan individuele raadsfracties rap portcijfers uit te delen. Ik constateer alleen, dat in de politiek - en dus ook in de plaatselijke politiek - niet zozeer de kwaliteit van de argumentatie als wel de kwan titeit van het aantal ondersteunende stemmers telt. Dat is democratie, de gekozen meerderheid bepaalt wat er gebeuren zal. Maar of dat échte democratie is, ik wens het te betwijfelen. In een echte democratie wordt ook aan minderheden en hun stem recht gedaan. Maar ook dan, als een meerderheid anders besluit dan heb je je daarbij neer te leggen, hoezeer je dat besluit ook verfoeit. Voor wat betreft de vorm waarin meningsverschillen in deze raad worden uitgevochten, zal ik heel erg kort zijn. Een oude Romeinse geschiedschrij ver heeft mijn mening hierover eens treffend verbeeld in de volgende woorden: "Een goede herder scheert zijn schapen, doch villen doet hij ze nooit". Algemeen beheer/gemeentelijke tarieven en belastingen. In de nota van aanbieding, mijnheer de voorzitter, lees ik dat de door onze gemeente geheven tarieven en belastingen in totaal slechts 44% uit maken van hetgeen volgens de Minister van Binnenlandse Zaken de minimale norm is voor - kort gezegd - noodlijdende gemeenten. Het is de zoveelste bevestiging van het feit dat die tarieven in deze gemeente tot de lagere behoren. Daarmee kunnen we twee dingen doen: (1) We kunnen trots zijn en blijven dat we zulke lage tarieven hebben en blijven volhouden dat de Onroerend- goedbelasting bijvoorbeeld op onze begroting nooit en te nimmer een sluitstuk mag vormen of (2) - en dat lijkt ons op dit moment het over wegen waard - we kunnen ons gaan afvragen of op den duur, nu de financiële ruimte van de gemeente sterk zal gaan teruglopen, noodzakelijke voor zieningen niet onder deze lichte belastingdruk zullen gaan lijden.

Raadsnotulen en jaarverslagen

Prinsenbeek - Notulen van de gemeenteraad | 1980 | | pagina 278