-18-
Inleidinq
Mijnheer de voorzitter.
Als wij de inleiding en het slot van uw beschouwingen omtrent het alge
meen beleid goed gelezen hebben, springen er twee zaken duidelijk uit;
le. De verstandhouding en samenwerking in de raad.
2e. De algeheel verslechterende financiële ecomische situatie.
Voor wat de verstandhouding en samenwerking in de raad betreft moet
ons van het hart, dat wij vinden, dat deze met de maand verslechtert.
Twee kwalijke symptonen spelen ons inziens hierin een rol en wel:
a. De door het C.D.A. steeds uitgebuite meerderheidspositie.
b. Het feit dat burgemeester en wethouders, hoewel het eenstemmige
voorstellen aan uw raad doet, verscheidene malen blijken achter
af verdeeld te zijn.
Dit maakt adequate besluitvorming onmogelijk, ontmoedigt de heren
ambtenaren en benadeelt het belang van de Prinsenbeekse bevolking.
Toch willen wij hier duidelijk stellen, dat niettegenstaande deze
netelige situatie voor burgemeester en wethouders, alsmede voor de
ambtenaren, hen lof toekomt voor alles, wat dit afgelopen jaar toch
nog tot stand is gekomen.
Komende op de algemene verslechterende financiële situatie in den
lande, willen wij toch vermelden, dat wij niet de indruk krijgen,
dat hieraan dit jaar door de raad voortdurend gedacht is, hoewel
toch bestek '81, reeds enkele jaren oud is en wij sindsdien in de
wetenschap leven, dat wij moeten bezuinigen.
Ik zou dit toch graag aan de hand van één punt nader toelichten:
Het afwijzen van een plan Schaapskooi, waaraan ongeveer f. 200.Q00,
ontwikkelingskosten ten grondslag liggen, dat voor een nieuw uit
breidingsgebied minstens nog eens uitgegeven moet worden, blijft
voor ons een absurde zaak, om maar te zwijgen van de nadelige ge
volgen, die dit heeft voor de jonge Prinsenbekenaren die de eerste
twee drie jaar geen huisvesting kunnen krijgen in Prinsenbeek.
Als wij bovendien nog rekenen, dat loon en bouwkosten over drie
jaar nog verhoogd zullen zijn, al waren het alleen maar de kosten
van de inflatie, vragen wij ons af, of de raad zich wel voldoende
heeft gerealiseerd, dat wij in een tijd leven, dat de bomen niet
meer tot in de hemel groeien.
Wij blijven erbij, dat het daarom uiteindelijk goedkoper zou zijn
geweest, indien het plan Verwijmeren ware gerealiseerd en vervol
gens uw voorstel tot vaststelling van het woningbouwprogramma voor
de jaren 1981 tot 1983, onder andere in het uitbreidingsplan De
Schaapskooi, door de raad was goedgekeurd.
Willen wij een gemeente blijven met een sluitende begroting, zullen
wij ons in de toekomst moeten beraden non-profit voorzieningen te
beperken.
HOOFDSTUK II.
Algemeen Beheer.
Wet Openbaarheid van Bestuur.
Deze wet regelt de inspraak van belanghebbenden over het beleid van de
gemeentelijke overheid. Inspraak is nu nog een modewoord, maar ons
inziens hebben onze burgers recht te weten hoe over "hun eigen belangen"
gesproken wordt.
Doch overal zijn spelregels voor, ook voor inspraak. Daarom zouden wij
burgemeester en wethouders willen uitnodigen, spoedig deze spelregels