-30- vari mening zijnde dat deze toestand in strijd is met de maatschap pelijke realiteit, te kort doet aan de gerechtvaardigde verlangens op wonen in deze gemeente van hen die buiten deze normen vallen; voorts van mening zijnde dat het in deze kwestie gevoerde gemeente lijke beleid op zeer gespannen voet staat met het algemeen beleid van de huidige en voorgaande regeringen dat er steeds op gericht was discriminatie in het algemeen en discriminatie tussen de seksen uit te sluiten; dringt er bij het college van burgemeester en wethouders van voor noemde gemeente ten zeerste op aan om met onmiddellijke ingang bovenbedoelde regels zodanig te wijzigen dat als woningzoekende voor een woningwetwoning zonder onderscheid al diegenen worden geregi streerd die op het moment van inschrijving de leeftijd van 18 ja ren hebben bereikt en in Prinsenbeek woonachtig zijn, met dien ver stande dat gelijktijdig de aangelegde schaduwlijst van vrouwelijke woningzoekenden wordt geliquideerd en daarop voorkomende personen worden opgenomen op de officiële lijst." w.g. H. Lodewijks, L. Nagelkerke, J.v.d. Bom, A. de Hoon. en De raad van de gemeente Prinsenbeek, in openbare vergadering bijeen op 10 januari 1980; overwegende dat de toewijzing van woningwetwoningen met uiterste zorg vuldigheid dient te geschieden; overwegende dat zulks des te meer geldt naar mate het structurele tekort aan woningen in deze sector groter is; van mening zijnde dat ten principale toewijzing dient te geschieden aan al degenen die als woningzoekende zijn erkend en derhalve op de lijst van woningzoekenden zijn geregistreerd; van mening zijnde dat bij structurele schaarste prioriteiten in de toewijzing van woningen aan personen, dienen te worden gesteld; voorts van mening zijnde dat zulke prioriteiten nimmer mogen worden gebaseerd op kenmerken van personen die door aard van de zaak niet gerechtvaardigd zijn, als sekse, overtuiging, afkomst, en dergelijke; van mening zijnde dat criteria voor prioriteitstelling bij voorkeur van objectieve aard dienen te zijn, verband dienen te houden met de beschikbare woonmogelijkheden en gebaseerd dienen te zijn op gewogen maatstaven ter bepaling van de urgentie van de woningzoekende; verzoekt burgemeester en wethouders van bovengenoemde gemeente om - binnen een termijn van ten hoogste zes maanden de Raad een nota en een modelverordening in deze kwestie voor te leggen, regelende de toewijzing van woningwetwoningen naar de hierboven aangegeven uitgangspunten" w.g. H. Lodewijks, L. Nagelkerke, J.v.d. Bom, A. de Hoon. Na de constatering door de voorzitter dat beide moties zijn voorzien van het aantal vereiste handtekeningen en derhalve onderdeel van de beraadsla gingen kunnen vormen, vervolgt de heer Lodewijks zijn betoog. Hij begint rnet zijn instemming te betuigen met hetgeen door het college is gezegd ten aanzien van de woningisolatie en het welzijnspian Sprekend over het Cultureel Jongeren Centrum, stelt hij de vraag of nog altijd wordt overwogen om de twee gebruikers van 't Schanske samen het beheer daar over te geven. Het aantal leden dat het C.J.C. kent - gesproken wordt over twintig - acht hij niet van wezenlijk belang. Immers, het C.J.C.

Raadsnotulen en jaarverslagen

Prinsenbeek - Notulen van de gemeenteraad | 1980 | | pagina 32