-9- Aansluitend op de gedachtengang van de heer Jansen, is het wellicht mogelijk de 37 woningwetwoningen ter plaatse te bouwen, als de interesse voor het bedrijventerrein toch tegen valt. Wethouder Houtepen dankt voor de complimentjes, die aan het college zijn gericht. Hij zegt het een normale zaak te vinden aan deze kwestie de nodige aandacht te besteden. Op de vragen, die door de heer Jansen zijn gesteld, kan hij op dit mo ment geen antwoord geven. gr kan echter geen woningbouw plaatsvinden. De heer Dirven vindt, dat deze grond een scala van mogelijkheden biedt; er is volop interesse, men zit er als het ware op te wachten, het col lege heeft er zeer veel moeite voor gedaan en nu wil de Raad de zaak op houden. De heer Roeien zegt, dat de heer Dirven begrepen zou hebben hoe serieus de bedoelingen van de raadscommissie waren, als hij in de betreffende vergadering aanwezig geweest was. De heer Jansen benadrukt nogmaals, dat van vertraging geen sprake is; als het college iets meer informaties kan verschaffen, kan de raad een weldoordachte en juiste beslissing nemen en dan weet de Raad exact waar hij over praat. De heer Dirven zegt, dat het lukraak projecteren van woningen op een stuk grond indruist tegen alle regels van de planologie in. De heer van der Bom vraagt aandacht te besteden aan de aan- en afvoer van verkeer aan de Schutsestraat in de toekomst. De voorzitter antwoordt, dat het college nog niet toe is aan de inrich ting van het plan. Daarop leest de heer Naqelkerke nog enkele passages voor uit recente raadsvergaderingen inzake aankoop van gronden voor ontwikkeling van be stemmingsplannen De heer van der Westen beklemtoont nog eens, dat het voorstel van het CDA niet onredelijk is, omdat een besluit op dit moment onverantwoord zou zijn. De heer Hennekam herinnert de heer Dirven er aan, dat het juist het CDA is geweest, die de gedachte van een bedrijventerrein heeft gelanceerd; men mag toch verwachten dat een voorstel, dat verstrekkende consequen ties heeft, grondig bestudeerd wordt. Tenslotte adviseert hij bij de PPD eens te informeren welke vorm van bedrijvigheid daar zal worden toe gestaan. Dit is voor de plaatselijke middenstand van het grootste belang. De heer Dirven ontkent dat het CDA de geestelijke vader van een bedrij venterrein is; dat initiatief ligt bij de plaatselijke middenstand zelf. De heer Roeien voegt er aan toe, dat de gemeente ook al aan de Gagel- donkseweg een bedrijventerrein heeft geprojecteerd. De voorzitter sluit de discussie met de opmerking, dat een enquête niet altijd de zekerheid geeft, waarom men thans vraagt; omtrent het finan ciële aspect kunnen burgemeester en wethouders slechts zeer globale cij fers geven, want de inrichting vari het terrein is nog niet bekend. Het college neemt het voorstel terug tot de volgende vergadering en zal trachten de gevraagde informaties te verstrekken. 10) Voorstel tot beschikbaarstelling van een krediet voor het aanleggen van een tennisbaan op Sportpark "De Heikant". Zonder hoofdelijke stemming wordt aldus besloten. 11) Voorstel tot beschikbaarstelling van een krediet voor de vernieuwing van de electriciteitsvoorzieninq van het sportpark de Heikant.

Raadsnotulen en jaarverslagen

Prinsenbeek - Notulen van de gemeenteraad | 1980 | | pagina 54