-3-
Op bladzijde 29, regel 11 en 12 van boven worden de woorden: "doch vragt
zich af of het niet verstandiger zou zijn enz. te komen" door de
woorden "doch vraagt, zich af, of hef niet verstandiger zou zijn het steeds
gevoerde en impliciete beleid van afscherming van de llaagsche Beemden van
Prinsenbeek te heroverwegen en tot een meer open verbinding met de Haagsche
B remden te komen"
Op bladzijde 29, 3e alinea, boven de tekst van de motie, tweede regel vari
boven worden de 'woorden "Hij bestrijdt echter het uitgangspunt, enz.
het recht op een woning kan worden ontzegd" door de woorden;
"Daarnaast stelt hij, dat het gezinsverband de hoeksteen van de samenle
ving is en volgens het CDA ook dient te blijven. Nou, dat mag het CDA van
mij best vinden, maar het is wat anders om met zo'n algemeen uitgangspunt
het al diegenen, die net CDA-beginselproqramma in huri persoonlijke levens-
stijl roet onderschrijven, of die dat niet kunnen onderschrijven, omdat
zij nu eenmaal toevallig niet tot een gezinsverband behoren, het recht
op een woning in Prinsenbeek te ontzeggen".
Op bladzijde 29, 40e regel worden de woorden "non grote stap voorwaarts
(op de 38e en 39e regel van boven) ingevoegd de woorden;
De heer Lodewijks zegt verder: wat dat betreft is de CDA-staatssecretaris
wat verlichter in zijn denkbeelden. Die vindt namelijk dat van discrimi
natie gesproken kan worden indien toewijzingsregels er op neer komen, dat
(en ik citeer nu!) "alleenstaande vrouwen geen vergunning krijgen, of
waardoor geen vergunning wordt verstrekt aan degenen die de voorkeur ge
ven aan een alternatieve vorm van duurzaam samenleven". In dergelijke
gevallen, vervolgt de staatssecretaris, "staat zo'n verordening op gespan
nen voet met het regeringsbeleid dat discriminatie in het algemeen en
discriminatie tussen beide sexen in het bijzonder uitsluit" (einde citaat).
- Bij discussie over toewijzingsbeleid worden twee dinqen nogal eens
door elkaar gehaald; daarom heb ik ze zelf in de algemene beschouwingen
gesplitst en bied ik zo twéé moties aan: (l) de registratie (erkenning
van woonbehoeften) en (2) de feitelijke toewijzing (de honorering van
woonbehoeften)
- Bij registratie (erkenning): geen oneigenlijke onderscheidingen maken
(man/vrouw, gehuwd, ongehuwd e.d.)
Daarover gaat een eerste motie, gesteund door GemeenschapsbelangDie
motie heeft als consequentie de opheffing van de schaduwlijst en de re
gistratie van eenieder die tenminste 18 jaar oud is en_ in Prinsenbeek
woonachtig is.
Strekking en conclusie van de rnotie zijn in overeenstemming met hetgeen
met ingang van 1 januari van dit jaar door de Staatssecretaris van de
gemeenten wordt gevraagd.
- Bij feitelijke toewijzing (honorering): (1) in principe moet worden toe
gewezen aan eenieder die, als woningzoekende is erkend, dat is van meer
zaken afhankelijk dan all oen van registratie; (2) of aan iemand iets
kan v/orden toegewezen is - natuurlijk onder andere ook afhankelijk van
de aard van het toe te wijzen object (dat betekent bijvoorbeeld dat
aan alleenstaanden geen gezinswoningen moeten worden toegewezen)
(3) als iets schaars is moeten prioriteiten gesteld worden, maar voor
doze prioriteiten dient te gelden dat ze objectief dienen te zijn,
gekoppeld dienen te zijn aan een bepaling van de persoonlijke urgentie
van degene die om toewijzing vraagt; onvoldoende is dat slechts de in
schrijvingsduur de urgentie van een qeval bepaalt.
Hierover gaat een tweede motie, waarin wordt gevraagd toewijzingsnormen
door de raad te laten vaststellen die van deze vertrekpunten uitgaan.
De daarna volgende woorden: "na een uitvoerige toelichting daarop" worden
gewijzigd in; "Daarna".