-3-
f. Gegevens liquiditeitspositie over de maand maart 1980;
g. Mededelingen inzake overname van gelden van:
- N.V. Bank voor Nederlandsche Gemeenten d.d. 19 februari, 4 en 12
maart 1980;
- Rabobank Prinsenbeek d.d. 3,10 en 19 maart(2x);
h. Rapporten van het verificatiebureau inzake controle administratiesAl
gemene Dienst, Diverse secretariekassen, Woningbedrijf, Grondbedrijf
en Sportdienst over het 4e kwartaal 1979;
i. Dankbetuiging van H.K.H. Prinses Beatrix voor het medeleven en goede
wensen naar aanleiding van haar troonopvolging;
j. Brief d.d. 12 februari 1980 van Gedeputeerde Staten met opmerkingen
inzake het raadsbesluit van 10 januari 1980 tot verlaging van het
tarief van baatbelastingen voor 1980;
k. Brief d.d. 16 januari 1980 van de Judovereniging Kuatsu, met betrekking
tot de problemen omtrent haar huisvesting met het antwoord van het
college van burgemeester en wethouders d.d. 17 maart 1980;
1. Diverse correspondentie met gemeente Breda, ENKA B.V. en de diverse
bonden inzake de voorgenomen sluiting van de textureerafaeling van
ENKA;
m. Brief d.d. 14 februari 1980 van het raadslid H. Dirven met antwoord
van het college van burgemeester en wethouders d.d. 10 maart 1980 eri
herhaald schrijven van de heer Dirven d.d. 12 maart 1980 inzake de
toewijzingsnormen voor uitgifte bouwgrond in bestemmingsplan Staart
111
n. Brief d.d. 1 maart 1980 van het raadslid A. v.d. Eijnden met vragen
omtrent speelvoorzieningen, hondenoverlast en verkeersveiligheid.
Ten aanzien van het schrijven genoemd onder punt k. zegt de heer van den
Eijnden dat hij heeft opgemerkt dat er wordt gezocht naar een uitbreiding
van de sporthal aan de zijde alwaar de judosport thans wordt beoefend.
Hij verzoekt het college om bij de uitbreidingsplannen alle zijden van de
sporthal in overweging te nemen. De voorzitter zegt zulks toe.
De heer Dirven zegt weliswaar begrepen te hebben dat zijn onder punt m.
genoemd schrijven bij het college in behandeling is, doch stelt de vraag
of het niet zinniq zou zijn om voorlopig met de gronduitgifte in Staart II
te stoppen tot het moment dat duidelijkheid is verkregen omtrent enkele
gesignaleerde problemen.
Namens het college antwoordt de voorzitter dat, gesteld al dat er ten
aanzien van deze materie door het college een enigszins anders gefor
muleerd voorstel aan de raad is gedaan, de raad daar in ieder geval mee
akkoord is gegaan. Het ambtelijk apparaat heeft dit verder uitgewerkt,
de conclusies daarvan toegezonden aan de onderscheiden gegadigden, zodat
het weinig elegant zou zijn deze volledig in beweging zijnde zaak op dit
moment te stoppen.
De heer Dirven trekt hieruit de conclusie dat een onderzoek naar de pro
blemen welke inmiddels gesignaleerd zijn, komt als mosterd na de maal
tijd.
De voorzitter beaamt dit en zegt dat mogelijke wijzigingen daaruit voort
vloeiend wellicht in 1981 een feit kunnen worden. Thans is het college
doende met de uitvoering van een raadsbesluit.
De stukken at/ml worden voor kennis
geving aangenomen.
De overige stukken zijn bij het college
in behandeling.
