bemerkingen gemaakt werden. Onder andere zou in de commissie sport, cultuur
en recreatie, en in goed overleg met "Beek-Vooruit"nog eens bekeken worden
of er gesleuteld kon worden binnen het kader van het gevoteerde krediet. Een
andere vloer zou bijvoorbeeld hebben kunnen betekenen dat er kostenbesparend
gewerkt zou kunnen worden waardoor andere voorzieningen mogelijk werden.
Natuurlijk is er in die richting gesleuteld, echter tot op het moment waarop
door "Beek-Vooruit" gezegd werd dat zij plannen had een tribune te gaan bou
wen. Op dat moment zag het college zich gesteld voor de noodzaak de plannen
in zoverre te wijzigen dat niet meer volstaan kon worden met het opknappen
van het houten scheidsrechtersgebouwOverwogen werd de raad voor te stel
len een aanvullend krediet beschikbaar te stellen waardoor de scheidsrechters-
ruimte aan de kleedakkommodatie gekoppeld zou kunnen worden. Daarbij gold
echter één voorwaarde, namelijk dat zowel kleedgebouw als tribune ongeveer
tegelijkertijd verwezenlijkt zouden worden. In de daaropvolgende maanden is
er veel gesleuteld en gesproken, hetgeen heeft geresulteerd in een verga
dering op 18 december 1980 waarbij men tot de afspraak kwam dat er een
schetsplan zou worden ingediend. Dit schetsplan is eind december 1980 door
gesproken met uw informant. Deze informant was erg ingenomen met het nieuwe
plan omdat het volledig voldeed aan de door hem gestelde voorwaarden. We
nemen als college natuurlijk aan dat dat dezelfde voorwaarden zijn als die
welke "Beek-Vooruit" gesteld had. Inmiddels was er ook een schetsplan inge
diend voor het bouwen van een tribune, namelijk op 5 januari 1981. Dit plan
werd ter advisering voorgelegd aan de welstandscommissie die er vervolgens
zijn goedkeuring aan onthield. Toen heeft het college de afdeling bouw- en
woningtoezicht opdracht gegeven te bemiddelen tussen uw informant en de wel
standscommissie. Waarom? Het college had namelijk graag dat "Beek-Vooruit"
hierbij vanaf het begin betrokken zou worden. Er is toen een datum afge
sproken voor een gesprek tussen de welstandscommissie en uw informant,
waarbij-laatstgenoemde nog het advies werd gegeven zich te laten vergezel
len door een terzake deskundige. Wat echter geschiedde? De welstandscommissie
heeft op het afgesproken tijdstip zitten wachten en enige tijd nadien werden
wij geïnformeerd over het feit dat men niet was verschenen. Het college zat
heus niet om werk verlegen - ook de plannen voor de Judovéreniging lagen
op uitvoering te wachten - en uw informant gaf bovendien te kennen met de
uitvoering van zijn plannen geen haast te hebben. Een tribune zou namelijk
in enkele dagen gebouwd kunnen zijn en ook het bouwen van een kleedakkommo
datie zou geen langdurige zaak behoeven te zijn. We hebben op dat moment
dan ook verder niets meer aan die zaak gedaan, tot we op een zeker moment
van een zekere heer Meulemans, adviseur van uw informant of van "Beek-
Vooruit" de vraag kregen voorgelegd in welk stadium van voortgang de plan
nen ten aanzien van de tribune zich bevonden. 17 februari 1981 is er een
afspraak gemaakt voor een gesprek tussen uw informant en de welstandscom
missie, en begin april daaropvolgend informeerde genoemde heer Meulemans
naar de voortgang der plannen. Het college heeft daarop geantwoord nog
steeds in afwachting te zijn van goedgekeurde plannen, waarna de heer
Meulemans antwoordde absoluut niet op de hoogte te zijn geweest van een
afspraak voor een gesprek met de welstandscommissie. Vervolgens heeft het
college wederom een afspraak met de welstandscommissie, namelijk 9 april
1981, waarbij in het daaropvolgend gesprek de heer Meulemans een concrete
oplossing tot wijziging van het plan aan de hand is gedaan. Dat heeft
geresulteerd in het feit dat de afdeling bouw- en woningtoezicht op 13
april 1981 een gewijzigde tekening voor het bouwen van een tribune heeft
ontvangen. Deze tekening is onmiddellijk doorgezonden naar de welstands
commissie en verwacht mag worden dat deze thans goedgekeurd zal worden.
Nog even terugkomend op de'kleedakkommodatie, ik heb duidelijk gesteld
dat met medeweten van "Beek-Vooruit" en in^overleg met uw informant de
tijd is gegeven omdat er niet zoveel haast was. Onmiddellijk na het ge
reedkomen van de plannen voor de judovereniging is er begonnen met het
-6-