-14-
Zo de raad al bereid is een bepaling in die zin op te nemen, dan
zal binnen de bebouwde kom van de gemeente een verplichte route
moeten worden aangewezen en hierin schuilt de kern van het probleem.
Het aanwijzen van een verplichte rijroute kan leiden tot verschuiving
van de problematiek en is nauwelijks mogelijk in onze bebouwde kom en
heeft het op dit moment ook geen zin de A.P. aan te passen.
Wij zijn het met Gemeenschapsbelang eens, dat er een alternatieve
route is naar Zevenbergen via Moerdijk: echter de gemeente, en hierop
dient de nadruk te worden gelegd, kan weggebruikers niet dwingen
om van dit alternatief gebruik te maken.
Op dit ogenblik is een wijziqinq van de weqenverkeerswetqevinq in
voorbereiding, die een mogelijkheid gaat bieden om verkeersmaat
regelen te nemen uit een oogpunt van beperking van geluidshinder.
Wij zullen deze ontwikkeling nauwgezet blijven volgen.
Vergunningenbeleid Hinderwet en lozinqsverordeninq.
Gemeenschapsbelang heeft over dit onderwerp enige opmerkingen gemaakt.
Wij kunnen u terzake mededelen, dat een ambtelijke werkgroep aange
vuld met een lid van het korps Rijkspolitie, reeds enige tijd aan het
bestuderen is hoe het beste een aktief milieubeleid kan worden opge
zet. In dit kader is reeds gestart met het inventariseren van alle
hinderwetplichtige bedrijven.
Wij overwegen om over dit onderwerp een of meerdere voorlichtings
avonden te beleggen en in kontakt te treden met de desbetreffende
bedrijven. Tevens zullen wij ruim tevoren aan het gewijzigde beleid
de nodige publiciteit geven. Vaststaat wel, dat een aktiever hinder-
wetbeleid zowel in kwalitatief als kwantitatief opzicht een werkvermeerdering
betekent.
Geluidshinder
De V.V.D.-woordvoerder heeft een opmerking gemaakt omtrent de follow-
up van het geluidshinderonderzoek
Zoals reeds in de desbetreffende raadsstukken is vermeld valt het
onderzoek uiteen in twee fasen.
De eerste fase betreft onder meer het vaststellen van de geluidcon-
tourenlijnen aan weerszijde van de A16 en de berekening van de te
verwachten geluidsintensiteit in 1990.
Deze eerste fase dient ter onderbouwing van de aanmelding bij de
Rijksoverheid van de voor sanering in aanmerking komende situatie.
De tweede fase van het onderzoek zal uitwijzen welke maatregelen dienen
te worden genomen ter vermindering van de geluidsoverlast. Deze tweede
fase zal in overleg met het Ministerie van Volksgezondheid en Milieu
hygiëne in een later stadium geschieden.
Hopelijk krijgen we door onderzoek iets meer duidelijkheid.
Afvalverwerking
Ten aanzien van de opmerkingen die gemaakt zijn over stortplaatsen,
vuilverwerking en de daarbij komende milieuaspecten, merken wij het
volgende op. De afvalstoffenwet die onlangs in werking is getreden,
gaat uit van provinciale afvalstoffenplannen. De provincie op haar
beurt moet voor haar grondgebiea een plan opstellen omvattende de
verschillende regio's met de daarin gelegen centrale stortolaats(en)
Voor wat Noord-Brabant betreft heeft het college van geaeputeerde
staten het Stadsgewest Breda als zo'n qebied aangewezen. De raad van
het Stadsgewest Breda heeft onlangs het stadsgewestelijk afvalver-
wijderinqsplan aangenomen. In hoofdzaak komt dit plan neer op het
volgende: de centrale stortplaatsen in dit gebied zijn Bavel-Dorst
en (straks) Zevenbergen.