-37-
ander belangrijk punt is dat het aantal genormeerde modellen van 6 is
teruggebracht naar 4, waarbij in elk model een grotere inpassing moge
lijk is naar lichaamslengte van de betrokken leerling. Misschien wat
technisch geredeneerd, maar zo zijn precies de feiten.
In tweede termijn, daartoe het woord gekregen hebbend, zegt de heer
Dirven uit het antwoord van de wethouder in feite uitsluitend te kun
nen constateren dat het meubilair niet versleten is. Ten aanzien van
de conclusie waartoe de Amsterdamse G.G. G.D. is gekomen acht hij
het te ver voeren als de schuld daarvan uitsluitend gelegd zou worden
bij het schoolmeubilair. Desondanks vindt hij de door de portefeuille
houder naar voren gebrachte redenen voldoende zwaarwegend om te be
sluiten zich aan het college-voorstel te conformeren.
De heer Jansen zegt enige moeite te hebben met het feit dat de thans
naar voren gebrachte argumenten geheel anders zijn dan die welke ver
woord zijn in het college-voorstel. Daarnaast vraagt spreker zich af
of er wel terecht een beroep wordt gedaan op artikel 72 der Lager-
onderwijswet 1920, wetende dat het meubilair niet versleten is maar
verouderd. Het komt hem logischer voor indien financiering uit de
onderhoudspot zou moeten plaatsvinden.
"De geschiedenis herhaalt zich voortdurend", zo zegt de heer van der
WestenTijdens de laatstgehouden commissievergadering heeft die com
missie, inclusief haar voorzitter, een bepaald standpunt ingenomen.
Vervolgens schijnen er zich in de periode tot de daarop volgende
raadsvergadering ontwikkelingen te hebben voorgedaan van dien aard,
dat het eerder genomen standpunt ijlings verlaten moet worden. Het
zou prettiger geweest zijn als de informatie welke thans verstrekt
is, jongstleden maandag reeds gegeven zou zijn waardoor wellicht
toen al een ander standpunt zou zijn ingenomen. Herhaaldelijk komt
het voor dat tijdens de raadsvergadering gegevens worden verstrekt
die voordien onbesproken blijven. Spreker ziet daarin een belemmering
voor goede bestuursverhoudingen
De heer van den Eijnden zegt dat de door de portefeuillehouder geci
teerde conclusie van de Amsterdamse G.G. G.D., afkomstig uit net
rapport "bewegingsarmoedig onderwijs", hem staaft in zijn ijveren
voor het creëerenvan meer en betere speelvoorzieningen voor de jeugd.
In dit rapport komen overigens meerdere constateringen en conclusies
voor die het wettigen een meer actief beleid in deze te voeren waar
van hij hoopt dat het mettertijd inderdaad gestalte zal gaan krijgen.
Nu blijkt dat het te vervangen schoolmeubilair verouderd is in plaats
van versleten - zo zegt de heer van der Bom -, hetgeen zijns inziens
een wezenlijk verschil maakt, is hij van mening te moeten handelen
conform het college-voorstel
Zich tot de heer van der Westen richtend, deelt wethouder van Seventer
mede dat de informatie waarover hij maandag jongstleden beschikte,
geheel gebaseerd was op een terzake uitgebracht advies van de In
specteur voor het Lager-onderwijsEerst naar aanleiding van de op
merkingen welke tijdens de desbetreffende commissievergadering werden
gemaakt, is hij opnieuw in overleg getreden met deze inspecteur waar
bij de aspecten, zojuist door hem verwoord, ter sprake zijn gekomen.
Ook de vraag van de heer Jansen ten aanzien van de financiering is
daarbij ter sprake gebracht. Uit het toen ontvangen antwoord bleek
dat deze vervanging gezien wordt als een nieuwe aanschaf welke niet
betaald behoeft te worden uit de onderhoudspot.
De heer Roeien interrumpeert met de opmerking dat bij herhaling van
uit de gemeenteraad het verzoek .is gedaan om jaarlijks uit een be
groting te kunnen opmaken datgene wat er tijdens het onderwijs te
