-23-
voorzieningen op welzijns- en sportgebied, niet gering zijn,
maar daar staat tegenover dat het hier een voorziening be
treft die zich op practisch de gehele bevolking richt. Er
zal een keuze gemaakt moeten worden tussen aanpassing van een
bestaand gebouw en nieuwbouw.
Om de bestaande subsidie-mogelijkheden van het rijk ook voor
de verdere toekomst (jaren 1983 en volgende)veilig te stel
len heeft het college zich in een brief van 22 december j.l.
tot Gedeputeerde Staten moeten wenden. Dit in het kader van
de planprocedure waar de provincie vóór 1 januari 1981 de
planning van de gemeenten binnen moest hebben voor de jaren
1983 tot 1985. In de brief aan Gedeputeerde Staten zijn wij
er van uitgegaan dat er in 1983 een bibliotheekvoorziening
in Prinsenbeek in de zin van de wet zal zijn.
Wij hebben ons daarbij gebaseerd op uw besluit van 16 maart
1978. In beginsel heeft de raad toen besloten over te gaan
tot de stichting van een bibliotheek in de zin van de wet.
Uitbreiding sporthal.
Op 17 december heeft er overleg plaatsgevonden tussen het
college, het bestuur van de Judovereniging, de raadscommissie
voor sport en de sportadviesraad over het plan tot uitbrei
ding van de sporthal.
Afgesproken is dat de dienst bouw- en woningtoezicht drie
mogelijke uitbreidingen en indelingen van die zijde van de
sporthal zal bezien en daarvan een kostenopzet zal maken.
Hiermede zal deze dienst verder in februari bezig zijn, zo
dat het college hierover binnenkort meer informatie zal heb
ben. Daarna kan er opnieuw overleg plaatsvinden. Indien con
creet vaststaat in welke richting het plan zal gaan, zal er
indien nodig contact met omwonenden worden opgenomen en hen
inzage in het plan worden verstrekt. Aangezien voor de gedachte
uitbreiding het bestemmingsplan niet behoeft te worden gewijzigd,
hebben zij echter op grond van de Wet op de Ruimtelijke Ordening
geen recht om bezwaar te maken.
Behoefte 2e sporthal.
Op dit moment lijkt het draagvlak voor een 2e sporthal of
-zaal nog te gering. De gesignaleerde knelpunten op binnen-
sportaccommodatiegebied zijn niet van dien aard dat de bouw
van een nieuwe accommodatie overwogen zou moeten worden. Een
realisatie op dit moment zou een onaanvaardbaar nadelige in
vloed kunnen hebben op de exploitatie van de sporthal en het
gymnastieklokaal aan de Schoolstraat. Of en zo ja, op welk
moment in de toekomst een extra binnensportvoorziening wense
lijk wordt geacht, zal helemaal afhankelijk moeten worden ge
steld van de wijze waarop de concrete behoefte zich ontwik
kelt. Hiervoor zijn beslist geen algemene regels te geven;
misschien op langere termijn moet de noodzaak van een uit
breiding van de bestaande capaciteit aan overdekte accommo
datie echter niet denkbeeldig worden geacht. Uit planologische
en financiële overwegingen verdient het dan aanbeveling om
eerst een uitbreiding van de grote zaal van de sporthal te
overwegen.