het college beoogt heeft te willen zeggen. Daarnaast dienen naar zijn me
ning in de laatste alinea uit het voorstel de woorden"in het kalenderjaar
1982" vervangen te worden door "tot september 1982".
Voorts bevreemdt het zijn fraktie - zo vervolgt hij - dat niet gelijktij
dig met het onderhavige voorstel een voorstel is aangeboden tot vaststelling
van de huurprijzen voor het seizoen 1981/1982. In het verleden is het immer
aebruikelijk geweest de raad in zijn september- of oktobervergadering een
desbetreffend voorstel aan te bieden indien mocht worden aangenomen dat zo'n
voorstel reden tot discussies zou kunnen geven. Spreker neemt aan dat het col-
leoe voornemens is een dergelijk voorstel te verwerken in de komende begro
ting, hetgeen echter, naar zijn menino niet juist moet worden geacht. An
dere zaken, welke eventueel ook in de komende begroting verwerkt hadden kun
nen worden, worden deze vergadering wel als te nemen wijzigings-besluiten
voorgelegd
Spreker vervolgt zijn betoog met te zegoen dat zijn fraktie geen bezwaren
heeft tegen het voorstel zoals dat thans voorligt, temeer omdat het college
nu duidelijk heeft gemaakt om welke verenigingen het gaat. Echter behoren
in het overzicht van die verenigingen niet thuis de vier onderwijsinrich
tingen. Wanneer de desbetreffende onderwijsinrichtingen om hun moverende
redenen zaalruimte in "Eikebos" willen huren, dienen de kosten daarvan te wor
den begrepen in het totale vergoedingenpakket voor het onderwijs. Spreker
zegt te begrijpen dat het om administratief-technische redenen niet meer
mooelijk zal zijn de vier scholen noq het komende seizoen van subsidiever
lening volgens de voorgestelde methode uit te sluiten, maar hij hoopt dat
bij toekomstige aanvragen een andere handelwijze wordt gevolgd.
De heer van der Bom deelt mede dat ook zijn fraktie geen bezwaar meer heeft
tegen het thans voorliggende voorstel, zij het dat hij mét de heer Jansen
van meninq is dat in plaats van "kalenderjaar 1982" gelezen dient te worden
verenigingsjaar 1982". Ten aanzien van de vier scholen, is ook hij van mening
dat die na het verenigingsjaar 1981/1982 zullen moeten gaan putten uit de hen
toekomende gelden en niet meer onder deze subsidieregeling mogen vallen. Ten
slotte onderschrijft hij de opmerking van de heer Jansen - overigens ook al
gemaakt tijdens de vergadering van de commissie financiën - om het tweede
zinsdeel van de eerste alinea uit punt 4 te laten vervallen.
De heer Dirven zegt niet te begrijpen waarom de vier scholen waarop door de
heren Jansen en van der Bom is gedoeld, niet zouden passen in het overzicht
van vereniginaen en instellingen aan wie subsidie wordt verstrekt in de kosten
van zaalhuur. Temeer niet, omdat uit de visie van de heer Jansen zou blijken
dat niet het beginsel van financiële draagkracht maatgevend is voor die sub
sidieverlening, maar veeleer de geaardheid van een vereniging of instelling.
In die geest ook heeft de beheerscommissie Eikebos gehandeld toen zij besloot
de desbetreffende scholen voor een tegemoetkoming in aanmerking te doen komen.
Immers, niet gelet werd op het financiële draagvlak van deze scholen, maar
veeleer op het binnen die scholen niet aanwezig zijn van een geschikte ont
moetingsruimte
De heer Jansen antwoordt dat indertijd de mogelijkheid geschapen is om vrij
stelling van huurvergoedingen te geven uitsluitend heeft plaatsgevonden om
een gewenningsperiode tot stand te brengen voor alle potentiële gebruikers
van "Eikebos". Het financiële draagkracht-beginsel heeft daarbij nooit een
rol gespeeld. Het begrip "armlastio" is voor de eerste maal gebruikt in de stuk
ken welke de raad in zijn vergadering van augustus werden voorgelegd. Juist
omdat tóen dat bearip werd geïntroduceerd, heeft de raad het college uitge
nodigd een overzicht te verstrekken van die verenigingen en instellingen, die
daar naar het oordeel van het college zouden toe behoren. Daaruit is voorgekomen
het overzicht dat thans ter tafel ligt. niet zijnde een lijst van armlastige
verenigingen maar een lijst waarvoor men beqrio kan hebben gezien de doelstel
ling welke wordt nagestreefd.
Niaar de mening van de heer Dirven speelt de financiële draagkracht van een
vereniging wel degelijk een rol in de regeling zoals die door de raad is vast
gesteld. Hij herinnert eraan dat de raad eertijds tarieven heeft vastgesteld,