9) Voorstel tot het aanwijzen van de Sterreschans als woonerf en het instellen van partieel eenrichtingsverkeer. De heer Jansen zegt er behoefte aan te hebben de desbetreffende portefeuille houder zijn complimenten aan te bieden voor de wijze waarop deze in een uit stekende overlegsituatie met de toekomstige bewoners tot de meest gewenste op lossing is gekomen. Het verheugt hem niet alleen dat er op deze wijze in het Sterreschans een woonerf is ontstaan, maar meer in het bijzonder de wijze waar op dit plan in de "routing" werd voorbereid waardoor het mogelijk is gebleken tot een eensluidend advies te komen. Zonder hoofdelijke stemming wordt vervolgens con form het voorstel van burgemeester en wethouders beèloten 10) Voorstel tot het voteren van een krediet voor de beveiliging van het kruispunt Beeksestrast-Velsqoed-Lunetstraat Na het qehele voorstel de revue te hebben laten passeren - zo zegt de heer Jansen en vervolgens beziende de som die daar uitkomt, is men inderdaad geneigd te zeggen dat er op dit kruispunt bepaalde veiligheidsmaatregelen genomen moeten worden. Toch, kijkende naar de financiële offers die deze maat regelen qaan vergen, is de eerste reactie er een van schrik en de tweede een gevoelen van: is dit nu een gemeente waar alles mogelijk is of is er niet veel eer sprake van een overtrokken zaak om een halfmiljoen op tafel te moeten leg gen voor de beveiliging van dit kruispunt. Soreker vraagt zich af of Rijkswater staat de gemeente niet een duurdere oplossing opdringt dan in zijn allereen voudigste vorm mogelijk zou zijn geweest. Niettemin is zijn fraktie - zo vervolgt hij - geneigd om het voorstel te ac cepteren. Te accepteren uit een gevoel van verantwoordelijkheid ten opzichte van de maximale veiligheid die men moet trachten te creëren binnen de gemeente. Zijn fraktie heeft echter wel een tweetal vragen ten aanzien van de financiering. Het feit alleen al dat het college voorstelt de kosten te dekken uit het fonds orote werken zodat die niet meer als afschrijvinaspost in de begroting terug keren, doet reeds de vraag rijzen of er niet sprake is van een financiering die de normale proporties te boven gaat. Het college stelt voor om ÏOOPÓ van de kosten te financieren uit het fonds opslag grote werken, een fonds dat op 1 januari 1982 groot zal zijn een bedrag van f. 1.692.000,--. Gelet op de tot standkoming van dit fonds - de toeslag die berekend wordt bij de verkoop van bouwgrond, waardoor de huidige bewoners van de nieuwbouwwijken in feite voor de gehele financiering zorg dragen - acht hij deze wijze van financiering niet correct. Hij vindt het niet juist orn onrendabele investeringen - waarvan toch sprake is - ineens af te schrijven. Ondanks het feit dat zijn fraktie gedeel telijk de oedachtenqang van het college kan volgen, zou zij liever zien dat - zoals dat overigens ook bij andere onrendabele investeringen wel is geschied - 80?ó van de kosten voor rekening van het fonds komt en 20?ó ten laste van de ge meentebegroting. Die 20% betekent voor hem een inbreng van de gehele gemeen schap die er bij gebaat is dat het bewuste kruispunt van een beveiliging wordt voorzien. Een tweede zaak van overweging is voor zijn fraktie het feit dat in het gevraagde krediet van f. 500.000,gekapataliseerd is het bedrag aan onderhoud over de eerstvolgende tien jaren, te betalen aan Rijkswaterstaat. Dat betekent dat er een vooruitbetaling wordt gepleegd, voor onderhoudswerken die voor de komende 10 jaren gepland zijn en zijn fraktie is nieuwsgierig naar het antwoord op de vraag of Rijkswaterstaat ook rekening heeft gehouden met een bepaalde rentevergoeding omdat zij voor 9 jaren een vooruitbetaling ontvangt voor onderhoudswerkzaamheden. Zo dit niet het geval zou blijken te zijn, komt het zijn fraktie gewenst voor de kosten van onderhoud nu te fixeren maar die, over een periode van 10 jaar, jaarlijks te voldoen. Mocht Rijkswaterstaat wei een renteberekening hebben toegepast, dan is het alleen van belang te weten hoe hoog

Raadsnotulen en jaarverslagen

Prinsenbeek - Notulen van de gemeenteraad | 1981 | | pagina 279