zij het dat er een zo goed mogelijke belangenafweging dient plaats te
vinden. Met betrekking tot de vraag van de heer Nagelkerke benadrukt
spreker nogmaals dat de opstellers van de doelstellingennota zich heb
ben gehouden aan de consequenties van besluiten van de gemeenteraad. Zich
tenslotte richtend tot de heer Dirven zegt spreker ervan overtuigd te
zijn dat bij het uitwerken van de verkeerstechnische aspecten zeer zeker
betrokken zal worden het gaan naar en komen van het nog te creëren
N.S.-station in de "Haagse Beemden".
Hierop een toelichting gevend deelt wethouder Houtepen mede dat de inge
bruikname van dit station, in afwijking van hetgeen hij eerder daarover
heeft medegedeeld, niet eerder zal plaatsvinden dan medio 1983. Voor het
gebied waarin dit station is gepland dient nog een wijziging van het bestemmings
plan te worden voorbereid en er dienen nog gronden te worden aangekocht.
Zowel binnen de commissie ruimtelijke ordening als binnen de gemeente
raad zal er zijns inziens dan ook nog voldoende gelegenheid komen om aan
de aspecten waarop de heer Dirven heeft gewezen de nodige aandacht te
schenken.
De voorzitter sluit vervolgens de discussies, spreekt namens het college
zijn erkentelijkheid uit voor het feit dat de raad zich heeft willen
plaatsen achter de uitgangspunten en doelstellingen zoals die in de nota
zijn verwoord en zegt toe de onderhavige zaak onmiddellijk verder in be
handeling te zullen nemen opdat de raad zo snel mogelijk de definitieve
struktuurschets ter vaststelling kan worden aangeboden.
Zonder hoofdelijke stemming wordt ver
volgens conform het voorstel besloten.
6) Voorstel tot aankopen van diverse percelen gronden aan de Boterbloemstraat
te Prinsenbeek.
De heer Roeien maakt het college een compliment voor de voortvarendheid
waarmee het heeft gehandeld. Het gaat hem te ver om alle gegevens uit de
taxatierapporten welke bij de stukken ter inzage lagen uitputtend te be
handelen, maar hij wil er wel op wijzen dat er naar zijn oordeel enkele
punten bij zijn welke mogelijk moeilijk verteerbaar zouden kunnen blijken
te zijn. Zijn fraktie hoopt echter dat het niet van die omvang zal zijn
dat het college van gedeputeerde staten op grond daarvan goedkeuring zul
len onthouden. Een belangrijker aspect vindt spreker het feit dat in één
van de overgelegde bereidverklaringen een ontbindende voorwaarde is opge
nomen welke betrekking heeft op een te verlenen hinderwetvergunning. Nu
het college in de bereidverklaring de afgifte van een hinderwetvergunning
zo nadrukkelijk heeft gekoppeld aan de mogelijke verkoop door betrokkene,
acht hij het'zowel in het belang van verkoper als van de gemeente om zo
danig te handelen dat eerst gebouwd gaat worden op een nieuwe locatie zo
dra de hinderwetprocedure is afgerond. Zijn fraktie onderschrijft de mening
van het college dat er sprake is van een unieke aankoop-combinatie van 3
verschillende percelen en hoopt dat het college bij de afwikkeling van de
hinderwetprocedure ten behoeve van de verkoper genoemd onder ad. 2., die
voortvarendheid zal tonen die er toe zal leiden dat deze combinatie ge
handhaafd blijft.
De heer Dirven dankt het college voor de wijze waarop de raadsleden via
de desbetreffende raadscommissie reeds in een vroegtijdig stadium over de
aankooponderhandelingen werden geïnformeerd. Wel heeft spreker nog een
aantal vragen met betrekking tot de voorgenomen aankopen. Op de eerste
plaats zou hij graag willen vernemen of reeds bekend is hoeveel de kos
ten gaan bedragen van de door verkopers aangetrokken adviseur. Daarnaast
bevreemdt het hem dat het college stelt van de zijde van de Provinciale
Planologische Commissie geen al te grote problemen te verwachten. Mis
schien geen al te grote - zo zegt hij - maar welke dan wel? Ook zou
spreker graag willen vernemen binnen welke termijn het college verwacht