- 7 -
8) Voorstel tot vaststelling van een nieuwe verordening op de Vlees
keuringsdienst
De heer Dirven vraagt naar de strekking van de bepaling in artikel 18
dat ook gedeeltelijk slachten mogelijk is.
De voorzitter antwoordt, dat hij hierover contact zal opnemen met de
vleeskeuringsdienst en dit in de commissie bestuurlijke zaken mededelen.
Zonder hoofdelijke stemming wordt ver
volgens conform het voorstel besloten.
9) Voorstel tot vaststelling van de vrijstellinqsverordeninq ingevolge
artikel 9, lid 2, van de Winkelsluitingswet 1976.
De heer Dirven ziet in de slotzin "Te beperken tot winkels welke uit
sluitend of in hoofdzaak consumptie-, kermis-, carnavals- en speel
goedartikelen plegen te verkopen" de moeilijkheid van het maken van
onderscheid. Bijvoorbeeld mag een supermarkt die ook alle mogelijke
carnavaisspullen verkoopt, volledig open zijn of mag hij alleen voor
die artikelen open zijn die hieronder vallen. Dit zou een oneerlijke
vorm van concurrentie zijn, want dan zou alles verkocht kunnen worden
en iemand die geen carnavalsspullen verkoopt mag niet open zijn.
De voorzitter zegt dat de nodige alertheid van het college gevraagd
zal worden op dit terrein. Hij kan zich niet voorstellen dat, met
name gedurende zon- en feestdagen een grote zaak die deze artikelen
alsmede andere artikelen verkoopt, hiervoor op een zondag open blijft,
mensen in dienst houdt en dan nog eens een keer tot 's avonds negen
uur
De heer Lodewijks vraagt zichzelf ook af, hoe je- dat onderscheidt.
Een supermarkt verkoopt van alles en is altijd open. Een klein winkeltje
dat toevallig alleen maar carnavalsspullen en speelgoed verkoopt mag
dan eens een enkele keer open zijn. Los daarvan vraagt hij zich af
waarom die beperking eigenlijk zo noodzakelijk is. Zou het niet zo
kunnen zijn dat de raad de verordening zo vaststelt, dat iedere winkel
in Prinsenbeek op aangegeven tijden en omstandigheden van die tijd
tot die tijd open kan zijn als men daar behoefte aan gevoelt.
Als men de vrijstelling moet vragen kan hij zich indenken dat iemand
met een bepaald soort nering niet naar de gemeente stapt om met carna
val open te zijn en een ander dat wel zal doen. Laat het initiatief
aan de ondernemer of hij gesloten dan wel dicht wil zijn op die tijd
stippen
De voorzitter twijfelt eraan of dit door Economische zaken zal worden
toegestaan en dat limitatieve opsomming nodig is.
De heer van den Eijnden is van mening dat de raad over het woord "hoofd
zaak"' heen leest in de op een na laatste zin.
De heer Dirven vraagt wat dan hoofdzaak zou zijn. Is dat een kwestie
van omzet?
De heer Jansen heeft met het voorstel geen moeite. Ten aanzien van de
voor- en najaarskermis vraagt zijn fractie zich nog altijd af, wanneer
het college eens komt met de uitdieping van het feit of deze kermissen
wel zo noodzakelijk zijn. Hij wil het college er nogmaals op attenderen.
De voorzitter zegt dat tijdens de laatste vergadering van de commissie
bestuurlijke zaken namens het C.D.A. hierop is gewezen.
De heer van den Eijnden zegt dat daarvan in die notulen niets vermeld
staat.
De voorzitter zegt dat dit inderdaad opgenomen had moeten worden.
Zonder hoofdelijke stemming wordt conform
het voorstel van burgemeester en wethou
ders besloten.