- 8 - 10) Voorstel tot onttrekking van het dood]opende gedeelte van de Brielsedreef aan het openbaar verkeer. De heer Lodewijks zegt dat in de verschillende commissies die hij heeft bijgewoond het een en ander is gezegd wat er op neer komt dat het voorstel min of meer merkwaardig overkomt. Het college stelt voor om een bepaald stuk weg aan de openbaarheid te onttrekken. Als je ter plaatse de zaak in ogenschouw gaat nemen ontdek je dat de raad een besluit gaat nemen van iets dat al lang geschied is en dat daar geen weg meer is. Dat kan een formele pro cedure zijn omdat he.t voor de hand lag dat de raad die beslissing wel zou nemen. Met net oog op het vertrouwen dat de raad ja zal zeggen is de zaak alvast omgeploegd. Maar een andere zaak is de kwestie hoe het nou zit met de gronden die onder de weg lagen en die kennelijk door de aanpalende bewoners bij hun tuin zijn getrokken. Er staat zelfs een schutting op. Spreker kan niet met het blote oog bepalen of die schutting op gemeente-eigendom of op particulier ei gendom is opgericht. Hij wil over die kwestie niet zo uitweiden, maar wil wel vragen wat de soort van overeenkomst is tussen de gemeente en de bewoners? Of is er geen sprake van een overeenkomst? Alvorens dat niet duidelijk is, is zijn fractie niet bereid om met het voorstel akkoord te gaan. De heer Jansen wil daaraan nog toevoegen of het college alle rechten, die in het verleden zijn ontstaan, inmiddels ontkracht heeft. Heeft het college van alle aanpalende bewoners op het ogenblik een exacte mededeling dat zij afstand doen van een zakelijk recht van overgang? Alle zakelijke rechten blijven bestaan zolang niet een andere over eenkomst is aangegaan. De heer Dirven onderschrijft wat beide voorgaande sprekers hebben ge zegd. Hij vindt het jammer dat er niet een mogelijkheid over blijft om een wat smaller gedeelte voor het openbaar verkeer te behouden in de vorm van een voetpad, waarbij je dus gemakkelijker in bepaalde richtingen kunt komen. Ook het landelijk aanzien voor een dorp als Prinsenbeek is daarmee gediend. De heer Houtepen zegt dat officieel verder nog niets is geregeld. Op de vraag van de heer Jansen of alle rechten precies nagetrokken zijn moet de wethouder het antwoord schuldig blijven, dat is op dit moment nog niet gedaan. Deze vragen alsmede de suggestie van het voetpad vragen om een nader onderzoek. Bovendien liggen er nog meerdere dergelijke stukjes grond in Prinsenbeek die in een nieuwe nota verwerkt zouden kunnen worden. De heer Lodewijks constateert toch iets merkwaardigs. Ten eerste wil zijn fractie stellen, dat de mensen die grond niet wordt misgunt maar er zal toch iemand geweest moeten zijn, die tegen die mensen gezegd heeft dat die grond geen weg meer is, en er hun voordeel mee te doen. Spreker kan zich haast niet voorstellen, dat Prinsenbeekse bewoners ergens een stuk grond braak zien liggen en dan zonder meer het stuk grond inpikken. Deze mensen mogen gerust die grond hebben maar dan moet er wel een overeenkomst aan ten grondslag liggen. Dat daar nu al schuttingen enzovoorts staan, vindt hij uiterst merkwaardig. De heer Houtepen antwoordt dat alles wat er gebeurd is, volledig voor eigen risico van die mensen is. Besloten wordt het voorstel aan te houden.

Raadsnotulen en jaarverslagen

Prinsenbeek - Notulen van de gemeenteraad | 1982 | | pagina 136