mmgsplan Buitengebied, binnen welk plan de gemeentelijke stortplaats is ge
legen en waarover uw beroep zich ook uitspreekt.
Ik kan u mededelen, dat ten aanzien van dit Kroonberoep nog geen uitspraak
is gevallen. Het zal u bekend zijn dat dergelijke zaken over het algemeen
een geruime tijd van afhandeling vergen.- veelal enkele jaren -, doch ook
hier geldt dat er ten aazien van de stortplaats op weinig medewerking ge
rekend moet worden.
De woordvoerder van de fraktie Gemeenschapsbelang, heeft ons college de
vraag voorgelegd of er binnen het Stadsgewest reeds gesproken is over een
alternatieve vorm van vuilverwijdering.
In dit verband kan ik u mededelen dat de stadsgewestelijke bestuurscommis
sie afvalverwerking gekozen heeft voor de lijn welke in deze gevolgd wordt
door de provincie.
Het zal u bekend zijn dat we sinds 1977 in Nederland de Afvalstoffenwet
kennen. Die wet schrijft onder andere voor dat iedere provincie een af
valstof fenplan moet opstellen. Daarin moeten de provincies aangeven hoe
zij net afvalprobleem de komende vijf jaar willen gaan aanpakken. Het gaat
in dat plan om huishoudelijke afvalstoffen, grof huisvuil en bedrijfsafval-
stoffen.
In het afvalstoffenplan wordt geschetst hoe de afvalverwijdering volgens
de provincie in zijn werk zou moeten gaan. Daaruit blijkt, dat dan wel eerst
andere methoden en technieken in de afvalverwijdering ingevoerd moeten wor
den.
In de toekomst zullen, meer dan nu het geval is, allerlei afvalstoffen ge
scheiden moeten worden ingezameld.
Tot voor kort werd ook een gedeelte van het afval in Noord-Brabant gecom-
posteerd bij de V.A.M. in Mierlo. Daarbij werd het afval in de open lucht
op natuurlijke wijze omqezet in compost. Onder meer vanwege de stankover
last die dit met zich meebracht, is deze manier van composteren uit milieu
technisch oogpunt niet meer aanvaardbaar.
Naar verwachting zal een optimale vorm van afvalverwijdering niet binnen
de vijf jaar dat het afvalstoffenplan voorlopig geldt, verwezenlijkt zijn.
Voordat het zover is zal eerst noq verder onderzoek nodig zijn. Eventueel
moeten proefprojecten gestart worden en moeten voor de stoffen die uit het
afval gescheiden worden, afzetmarkten gezocht worden.
De provincie verwacht dat daar tussen de vijf en tien jaar voer nodig zijn.
Ten aanzien van de stankoverlast, mijnheer de voorzitter. De woordvoerder
van de fraktie Gemeenschapsbelang heeft ons gevraagd welke maatregelen er
tot op dit moment zijn genomen om de stank van de rioolwaterzuiveringsin
stallatie tot aanvaardbare proporties terug te brengen.
Uit informaties welke ik heb ingewonnen bij het Hoogheemraadschap West-
Brabant, zijnde - zoals bekend - de instantie belast met het beheer en
het proces van de installatie, is mij het volgende gebleken.
In oktober 1980 is door het Ingenieursbureau Bos Witteveen uitgebracht
het rapport "Stankproblematiek Rioolwaterzuiveringsinstallatie Breda",
resulterend in een strategisch stankbestrijdingsplan
Een van de plannen bestond uit het bouwen van een gemaal met een capaci
teit van 50 m3 per uur, om het perswater en het overloopwater af te voe
ren naar de beluchtingstanks. De kosten van zo'n gemaal zouden f. 700.000,
bedragen
Tijdens de voorbereiding tot realisering kwam het idee naar voren om via
dit gemaal tevens op te vangen het overloopwater van de vier inslibcikkers
en dit water eveneens naar de beluchtingstanks te pompen. In dit geval zou
het gemaal in plaats van f. 700.000,circa f. 1.600.000,moeten gaan
kosten omdat de capaciteit aanmerkelijk vergroot moest worden, namelijk tot
500 m3 per uur
Deze stap vond men zo ingrijpend dat men eerst meer zekerheid wilde hebben