-3-
De voorzitter deelt mede dat in de agenda door het college wordt voorgesteld
om de stukken a t/m n voor kennisgeving aan te nemen, de stukken m t/m
r, voor advies in handen te stellen van het college. Dit laatste moet worden
gewijzigd in o t/m r.
De heer van den Eijnden wijst bij ingekomen stuk k. op de matige kwaliteit
van het water in de Kuil. Een mogelijkheid om dat zoveel mogelijk te voorkomen
is het vaker verversen van het water. Hoewel het verversen een probleem zal
zijn en toch een mogelijkheid moet blijven om het water zichzelf natuurlijk te la
ten verversen, is het wellicht verstandig om te bezien of de verticale planken yelke gepland
waren aan te brengen bij de renovatie v.d. loopsteiger weg gelaten kunnen worden
ue heet Houtepen vindt dit een goede suggestie die - ook gezien het financiële
voordeel - verder uitgewerkt zal moeten worden.
De heer Dirven wijst met het oog op de veiligheid op de mogelijkheid van een
groot mazig net.
Ook deze suggestie wil de heer Houtepen meenemen.
De heer van der Westen mist bij de ingekomen stukken het schrijven dat hij
gericht heeft aan het college op 5 mei 1982 betreffende de premie woningen
B. Hij heeft in het geheel niets gehoord over de verdere afwerking daarvan.
Nadat hij telefonisch getracht heeft de inlichtingen te krijgen heeft hij een
brief geschreven. In de stukken van de afgelopen vergadering is het stuk voor
nader advies in handen van het college gegeven. Tot op heden echter zonder
resultaat.
De voorzitter antwoordt dat deze brief onderwerp van bespreking is geweest
binnen het college. De problematiek blijkt toch ingewikkelder te zijn dan ver
wacht werd. Een dezer dagen kan een voorlopig antwoord verwacht worden.
Vervolgens worden de stukken a
t/m n voor kennisgeving aangenomen
de stukken o, p en r voor advies en stuk
q ter afdoening aan het college van
burgemeester en wethouders gegeven.
9) Mededelingen over de Gewestraad Breda (33e vergadering).
De heer Hennekam deelt mede dat tijdens deze gewestraadsvergadering aan
de orde waren de reacties van de verschillende gemeenten op het basisplan open
luchtrecreatie. Enkele vergaderingen geleden is dit ook hier besproken, waarbij
ook opmerkingen zijn gemaakt door met name de heer van den Eijnden. De
reacties van de 21 gemeenten zijn verwerkt in het nu aangeboden beleidsstuk.
Het opstellen van een fietspadenplan binnen het gebied van het Stadsgewest
Breda is eveneens ter sprake geweest. In het beleidsstuk: vervolgaktiviteiten
op het terrein van de ruimtelijke ordening op basis van de nota "de Bakens
verzet" zijn de wijde ambities van vroeger veriaten. Het Stadsgewest zal de
komende jaren een beperkt aantal zaken hieromtrent ter hand nemen.
Bijvoorbeeld het opstellen van dorpsplannen. In eerste aanleg worden daarmee
de kleinere kernen bedoeld.
Verder is er gesproken over de behandelingsprocedure ontwerpnota volksgezond
heid.
De rijksbijdrageregeling pre-gewesten is een regeling op grond waarvan de samen
werkende gemeenten verenigd in pre-gewesten, een bijdrage kunnen ontvangen.
Zij moeten dan voldoen aan bepaalde voorwaarden: zoals bijvoorbeeld minimaal
100.000 inwoners en tenminste zelf al f. 3,— per inwoner betalen. Voor het
Stadsgewest Breda betekent dat op dit moment ongeveer f. 700.000,— a f.
f. 800.000,—. De toenmalige minister van binnenlandse zaken, de heer van Thijn,
heeft enkele maanden geleden een brief geschreven aan alle stads-en streekgewes-
ten cm deze rijkbijdrageregeling in drie jaar af te bouwen. Daarover