-lo
om op grond van f. 80,— m2 nieuwbouw te gaan plegen. Dat is namelijk het pro
bleem. Er is in Prinsenbeek helaas geen fabriekshal waar beginnende middenstanders
kunnen starten zoals dat in Engeland momenteel succesvol is. Zijn fraktie is geen
tegenstander van hier en daar een bedrijfje, want het is niet zo dat een bedrijf
niet gezien mag worden. Een ander punt is dat in het verkiezingsprogramma van
Gemeenschapsbelang inderdaad gesteld is kleine ambachtelijke bedrijfjes op het
bedrijventerrein te laten vestigen. Daar staan zij nog steeds achter, maar gezien
het feit dat het P.O.K. geen mensen heeft om dat te gaan vertolken, zeggen
zij "dan stoppen wij er ook mee", maar als het college doorgaat en het bedrijventer
rein wordt tot realisering gebracht dan is zijn fraktie nog steeds van mening
dat die er moeten komen. Als er inderdaad k jaar lang geen grond verkocht wordt
op een stuk na, dan moet er een infrastructuur komen. Dan wordt er f. 500.000,—
uitgegeven voor één bedrijfje en wat gaat er dan gebeuren? Gemeenschapsbelang
is bang dat er dan toch aan buitenstaanders verkocht gaat worden. Uit de enquête
in Modern Prinsenbeek bleek dat er alleen nog maar een visboer nodig is. Er is
dus geen behoefte aan concurrentie. Alsdan de grond uitgegeven gaat worden
in de toekomst aan ondernemers buiten Prinsenbeek, dan zal dat de concurrentie
voor de middenstand van Prinsenbeek alleen maar vergroten.
De heer Lodewijks zegt dat hijaltijd een groot voorstander is geweest van het
bedrijventerrein. Vandaar dat hij zo graag had gefeliciteerd, maar hij is tijdens
deze vergadering niet omgeslagen. Hoewel hij wel onder de indruk is van de verdedi
ging van de wethouder in deze, heeft hij hem niet overtuigd. Het probleem in
deze besluitvorming is dat alle dingen die erover gezegd worden uiteindelijk berus
ten op verwachtingen en speculaties waarover je wel een heleboel verstandige
dingen kunt zeggen maar nooit kunt vaststellen of er een kern van waarheid in
zit. Zijn fraktie handhaaft zijn standpunt in deze. Het doet hem zeer dat de ambachte
lijke bedrijven niet op het bedrijventerrein gevestigd kunnen worden zoals uit
die behoefte nu blijkt. Gelet op de getalsverhouding in de raad vermoedt hij dat
het bedrijventerrein vanavond wei vastgesteld zal worden en misschien is het
daarom juist dat hij toch even inhoudelijk een opmerking maakt voor als het straks
een vastgesteld bestemmingsplan zal zijn. De opmerking van het C.D.A. om soepelere
voorwaarden op te nemen, wil zijn fraktie steunen. Door de voorzitter werd opge
merkt dat er niet gevraagd werd om kredieten en dat is zijn fraktie ook bekend.
Er zou min of meer oogluikend positief vanuit de Provinciale Planologische Commis
sie gereageerd te zijn op het plan. Hij weet natuurlijk niet precies hoe de reactie
is geweest, hoewel ruimtelijk op het plan niet veel valt af te dingen. Als de finan
ciële onderbouwing deugdelijk blijkt te zijn dan zal er om die reden geen bezwaar
zijn tegen het plan. Zijn verwachting is dat Gedeputeerde Staten, als een gemeente
een plan van deze omvang maar toch met aanzienlijke kosten voor de gemeente
een ander toetsingscriterium heeft als het verder tot ontwikkeling gebracht zal
worden. Namelijk de vraag - of er aan een dergelijk plan behoefte bestaat - zijn
fraktie stelt niet vast dat die behoefte er niet is maar toch ook niet bepaald
groot is. Hij denkt dat de heer van der Westen bedoeld heeft te zeggen: we zijn
te water geraakt. Nou kan men te water twee dingen doen: "zwemmen", maar
dan moet je het wel kunnen. Wat zijn fraktie betreft denkt hij dat men eerder
zal verdrinken als dat men zwemmend tegen de stroom in weer tevoorschijn
zal komen. Zijn fraktie zal de vaststelling van het plan, zoals het nu voorligt,
niet steunen.
De voorzitter zegt dat de heer dansen naar voren heeft gebracht om te zijner
tijd het leggen van een relatie zoals dit is gebeurd ten aanzien van de sociale
woningbouw bespreekbaar te maken. In het kader van een goede levenssfeer binnen
deze plaatselijke gemeenschap valt dan te bekijken of de hoogte van de verkoop
prijs van dien aard is dat nader besproken zou moeten kunnen worden of uit andere
middelen deze prijs op het huidige niveau zou kunen blijven of wellicht nog wat
naar beneden zou moeten. Het college heeft hiervan kennis genomen. Als het
zover is dat men kan beginnen met de uitvoering van het plan dan is het zeer
wel mogelijk dat ook deze zaak ten principale aan de orde zal komen. De heer
Verstraten heeft terecht gewezen op zijn eigen verkiezingsprogramma en daaraan